Treinkaartjes minder duur dan verwacht; stadsvervoer grote steden uitgekleed?
De NS-treinkaartjes gaan in 2025 minder hard in prijs stijgen en in de drie grote steden wacht in 2026 een flinke bezuiniging op het openbaar vervoer. De nieuwe begroting op Prinsjesdag 2024 was een dag met twee gezichten voor het Nederlandse OV. Volgens reizigersorganisatie Rover is er geen reden tot juichen: “Per saldo wordt het er voor de reiziger niet beter op.”
Zowel het nieuws over de treinkaartjes als de bezuiniging lekte al uit voor de presentatie van de begroting 2025 op Prinsjesdag. De treinkaartjes stijgen volgend jaar met ongeveer 6 procent in prijs, in plaats van de aanvankelijk verwachte 12 procent. Het ministerie van infrastructuur en waterstaat trekt hier 42 miljoen euro voor uit. Dat staat voor 3 procent van de prijsstijging. Ook de NS neemt 3 procent voor haar rekening.
Het ministerie komt nu eenmalig opnieuw met een compensatie om de prijsstijging op te vangen. De komende tijd gaat het ministerie samen met de NS kijken naar een oplossing voor de volgende jaren. Staatssecretaris Jansen van openbaar vervoer schrijft in een brief aan de Tweede Kamer dat daarbij niet is uitgesloten dat dit gevolgen gaat hebben voor de reizigers. ’’Denk hierbij bijvoorbeeld aan het laten vervallen van treinen waar nagenoeg geen reizigers in zitten zoals op dit moment op bepaalde momenten op vrijdagen het geval is,’’ zo schrijft Jansen aldus Treinreiziger. In het voorjaar moet er een plan zijn voor een structurele oplossing.
“Een stijging van 6 procent is natuurlijk beter dan 12 procent, maar het is nog steeds heel erg veel”, reageert een woordvoerder van Rover op de prijsstijging van NS. “En in combinatie met die bezuinigingen in de grote steden maak ik me grote zorgen. Het kabinet zou juist moeten proberen meer mensen met het OV te laten gaan dan minder.”
De vervoersregio’s van Amsterdam, Den Haag en Rotterdam hebben vanaf 2026 110 miljoen euro minder te besteden aan hun openbaar vervoer. Ze vrezen voor een kaalslag en prijsverhogingen en hebben al een brandbrief aan de kamer gestuurd over de voorgenomen bezuiniging. Staatssecretaris Jansen zegt in een reactie dat hij hun zorgen deelt. “Mijn ministerie en Binnenlandse Zaken zijn nu met de vervoerregio’s in gesprek over de maatregel en de gevolgen ervan.”
De Vervoerregio Amsterdam (VRA) en de Metropoolregio Rotterdam-Den Haag (MRDH) vrezen dat de bezuiniging leidt tot hogere prijzen voor kaartjes in het openbaar vervoer en slechtere verbindingen en frequentie van bussen, trams en metro’s in en tussen de steden. Ze stuurden al een brandbrief over de voorgenomen bezuiniging naar de Tweede Kamer.
De Amsterdamse verkeerswethouder Melanie van der Horst vreest dat vooral scholieren, studenten en ouderen zullen lijden onder de bezuiniging omdat een schraler openbaar vervoer vooral hun bewegingsvrijheid beperkt. Burgemeester Jan van Zanen van Den Haag wijst op de 400.000 extra woningen die nog gebouwd moeten worden in de drie grote steden. Hij noemt de bezuiniging een bedreiging voor de woningbouwplannen omdat die de bereikbaarheid van de woningen verslechtert.
De bezuiniging van 110 miljoen euro zou alleen gelden voor de Vervoerregio Amsterdam en Metropoolregio Rotterdam-Den Haag en is het gevolg van de beslissing van het kabinet om de Specifieke Uitkeringen (SPUK) over te hevelen naar het gemeentefonds. Daarbij besloot het kabinet ook om de SPUK met tien procent te korten. De vervoerregio’s worden vanuit de SPUK gefinancierd. Het streekvervoer wordt betaald uit het Provinciefonds.
- Treinkaartjes minder duur dan verwacht; stadsvervoer grote steden uitgekleed? Redactiefoto.