Uber verliest kort geding tegen algemeen verbindendverklaring cao Zorgvervoer & Taxi
Techbedrijf Uber moet zich blijven houden aan de cao voor taxivervoer. De Haagse rechtbank heeft in een kort geding dat Uber aanspande tegen het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid (SZW) en de algemeenverbindendverklaring van de cao Taxi & Zorgvervoer voor alle taxibedrijven, geoordeeld dat de cao niet tegen de regels is. De rechter stelde daarbij dat de minister kan beoordelen voor wie een cao geldt en daarbij zijn geen wettelijke fouten gemaakt.
Uber hoopte door middel van deze rechtszaak via een alternatieve route onder de cao uit te komen. Er is al langer veel te doen om de langdurige cao-strijd die Uber voert. In een door vakbond FNV aangespannen rechtszaak kreeg Uber op 13 september 2021 eerder te horen dat het chauffeurs in dienst moet nemen en volgens de cao Taxi & Zorgvervoer moet betalen.
Het bedrijf verzet zich daar fel tegen, omdat het zou leiden tot veel extra kosten. Inmiddels loopt een nieuwe rechtszaak van vakbond FNV tegen Uber. De FNV wil dat op de oorspronkelijke uitspraak dat Uber chauffeurs in dienst moet nemen en volgens de cao moet betalen, een dwangsom van 100.000 euro per dag wordt gezet. Dit omdat Uber – zoals het overigens ook in vele andere landen doet – de uitvoering van de gerechtelijke uitspraak traineert. Een uitspraak in deze zaak volgt wellicht in de loop van augustus.
Het is gebruikelijk dat het ministerie cao’s algemeen verbindend verklaart voor de hele sector, mits een minimumpercentage van de werknemers in een sector werkzaam is bij bedrijven die betrokken waren bij de totstandkoming van de cao. Uber stelt dat chauffeurs die bij platforms werken niet waren meegerekend. Daardoor zou de cao taxivervoer niet representatief genoeg zijn. Maar de rechtbank Den Haag geeft aan dat die beoordeling aan de minister is en die heeft daarbij geen fouten gemaakt.
- Uber verliest kort geding tegen algemeen verbindendverklaring cao Zorgvervoer & Taxi. Foto FNV.