Lydia Peeters, mobiliteitsminister, wuift de kritiek op het vervoersplan van De Lijn weg: “Ik wil wel extra geld voor De Lijn, maar krijg het gewoon niet.”
Mobiliteitsminister Lydia Peeters (Open Vld) wuift de kritiek op het vervoersplan van De Lijn weg. Ze zegt dat ze De Lijn wel extra geld wil geven, maar dat ze het gewoon niet krijgt.
Het nieuwe vervoersplan van De Lijn, dat vandaag ingaat, blijft kritiek krijgen. Mobiliteitsminister Lydia Peeters (Open Vld) wuift die echter in Het Laatste Nieuws weg. Alleen als je ver van een dorpskern woont, moet je verder wandelen. Dat is altijd zo geweest. De mailbox van de krant puilt uit door alle bezorgde Vlamingen die niet op tijd op hun werk zullen raken of hun halte zien verdwijnen. Zag u dit niet aankomen?
“Dit zit er al sinds 2014 aan te komen, de voorzet komt van mijn voorganger Ben Weyts (N-VA). Ik ging er verder mee aan de slag. De nieuwe halteplanning werd goedgekeurd door alle gemeenteraden. Goed openbaar vervoer valt of staat niet met het aantal haltes, wél met een vlotte verbinding. De Lijn verzekert me dat 95 procent van de Vlamingen nog altijd een halte op 750 meter van zijn of haar deur zal hebben. Enkel als je ver van een dorpskern woont, moet je verder wandelen. Dat is altijd al zo geweest.”
Wie slecht te been is, valt uit de boot. Wie geld genoeg heeft voor een elektrische auto, krijgt wel een premie. Hoe rijmt u dat?
“Er blijft ruimte voor bijsturing. Zijn er ergens echt grote gaten, dan kan De Lijn dat bekijken. En hoe je het ook draait of keert, de CO2-uitstoot moet naar omlaag. En voor veel burgers is een elektrische wagen te duur, daarom komen we tijdelijk tussen. We trekken hier 20 miljoen euro voor uit. Dat bedrag verbleekt tegen de 1,2 miljard euro die jaarlijks naar De Lijn gaat. Bovendien verdubbelden we de investeringen in De Lijn van jaarlijks 140 miljoen euro naar nu 270 miljoen euro.”
Maar volgens De Lijn is dat niet voldoende. Ze willen minstens 300 miljoen euro extra om te vergroenen. Is dat realistisch?
“Het zal u verbazen, maar ik sta achter die eis. Ze hebben gelijk. Het vervoer van leerlingen in het bijzonder onderwijs barst uit zijn voegen. We mogen kwetsbare kinderen niet in de kou laten staan. De Lijn wil 100 miljoen euro extra voor werkingskosten. Nog eens 100 miljoen euro voor achterstallig onderhoud en 100 miljoen euro voor elektrische bussen. Maar helaas: telkens wanneer ik om meer middelen vraag, klinkt het dat De Lijn eerst efficiënter moet. Bart De Wever zegt dat hij jaloers is op de Brusselse MIVB, tja. Zij hebben wel een écht investeringsfonds. Maar als ik om meer geld vraag, is het een njet.”
U bent toch minister? Als u niet meer geld kan vrijmaken, wie dan wel?
“Daarom zeg ik ook: ik heb niet bespaard op De Lijn, vorige legislaturen gebeurde dat wel. Ik probeer het te doen met de middelen die we hebben, door een beetje extra geld los te weken of door te schuiven. Maar met méér geld kan je natuurlijk ook meer doen.”
De Lijn zal 92 elektrische bussen aankopen van BYD. Waarom kiezen voor een Chinese firma, en niet Van Hool uit Lier of VDL uit Roeselare?
“Dat moet u vragen aan de raad van bestuur van De Lijn. De Lijn is autonoom. Zij voeren de aanbestedingsprocedures uit, niet ik als voogdijminister. Er deden ontzettend veel busbouwers mee en BYD kwam er als goedkoopste uit, ze voldoen aan alle eisen. De bussen worden in Hongarije en niet in China gemaakt, dat boezemt me vertrouwen in.”
Deze week is 65 procent van de werknemers bij Van Hool economisch werkloos. Als die jobs verdwijnen, kost dat dan niet meer dan we besparen met Chinese bussen?
“Ja, dat klopt. Uiteraard verdedig ik ook Vlaamse bedrijven. Zo lopen er ook raamcontracten met Van Hool en VDL. De Lijn koopt ook effectief hun bussen. In het kader van dat contract heb ik De Lijn gevraagd ook in de toekomst verder in te zetten op lokale spelers. Ik kan echter niet voorkomen dat andere contracten naar buitenlandse spelers gaan.”
- Lydia Peeters: “Ik kan niet voorkomen dat contracten naar buitenlandse spelers gaan.” Redactiefoto.