Werkgevers openbaar vervoer presenteren eindbod voor nieuwe cao. Maar is het voldoende?
De werkgevers in het openbaar vervoer hebben de onderhandelingen over een nieuwe cao (voor 12.000 werknemers) geforceerd met een eindbod, aldus CNV Vakmensen. “We staan er niet bij te juichen, maar we realiseren ons ook dat het openbaar vervoer de afgelopen tijd alleen dankzij forse overheidssubsidie kon blijven draaien’, zegt onderhandelaar Hanane Chikhi van CNV Vakmensen. “Na overleg met onze cao-commissie leggen we het eindbod daarom neutraal aan onze leden voor. Zij mogen het nu zeggen: is het voldoende?”
Het openbaar vervoer is zwaar geraakt door de coronacrisis. “Het aantal reizigers is gedurende lange tijd bijzonder laag geweest, dat is gewoon niet rendabel. Alleen dankzij overheidssteun konden de bussen en trams blijven rijden. Dat beseffen we heel goed”, zegt Chikhi. “Tegelijkertijd hebben de werknemers er in de vorige cao ook al helemaal niks bij gekregen en kijken we inmiddels tegen een gigantische inflatie aan. De lonen móeten omhoog. Dat maakte de onderhandelingen met de werkgevers bijzonder lastig.”
Nu ligt er dus een eindbod van de werkgevers, met een loonsverhoging en een regeling om eerder te kunnen stoppen met werken. De cao zou een looptijd hebben van anderhalf jaar, van 1 juli 2021 tot 1 januari 2023. In het eindbod gaan de lonen per 1 juli 2022 omhoog met 2,8%. Daarnaast bieden de werkgevers twee keer een eenmalige uitkering (uitbetaling in maart): € 400 bruto voor werknemers die op 1 juli 2021 én op 31 december 2021 in dienst waren. Parttimers en degenen die later dan 1 juli 2021 in dienst kwamen, krijgen deze uitkering naar rato. € 800 bruto voor werknemers die op 1 januari 2022 dienst waren, naar rato van hun dienstverband in de periode 1 januari 2022 tot 1 juli 2022. Voor parttimers naar rato.
“Die eenmalige uitkeringen gelden niet voor uitzendkrachten, dat is zuur. Daarmee doen de werkgevers geen recht aan de uitzendkrachten die in het openbaar vervoer werken”, vindt Chikhi. CNV Vakmensen wilde graag een regeling die werknemers de mogelijkheid biedt om eerder te kunnen stoppen met werken. De werkgevers bieden hiervoor nu twee varianten aan, waarvoor ook financiering gevonden is. De variant waarbij werknemers tot twee jaar eerder kunnen stoppen met werken heeft daarbij voor het CNV de voorkeur boven een eenjarige variant.
Het eindbod van de werkgevers is uitgebreid besproken met de cao-commissie van CNV Vakmensen, met daarin kaderleden uit het openbaar vervoer. Chikhi: “We hadden graag een hogere loonsverhoging gezien, maar het ziet ernaar uit dat er echt niet meer in zit. We kunnen ons dus misschien beter focussen op de volgende cao en hopen op betere tijden, dan dat we nu gaan inzetten op acties. Zo zit onze cao-commissie erin. Maar nogmaals: we leggen het neutraal voor, onze leden mogen het zeggen.” De ledenraadpleging, online en via bijeenkomsten in het land, start op 1 maart en loopt tot en met 11 maart.
• Werkgevers openbaar vervoer presenteren eindbod voor nieuwe cao. Maar is het voldoende? Redactiefoto.