Het is ‘onacceptabel en onverantwoord’ om de stoptreindiensten tussen Leeuwarden en Zwolle over te laten aan ‘de grillen van een marktpartij’. Zeker als die niet aan bepaalde basisvoorwaarden hoeft te voldoen. Dat schrijft de Provincie Fryslân in een brandbrief aan staatssecretaris Vivianne Heijnen van IenW. “Het is zaak om dit te blijven benadrukken”, zegt gedeputeerde Avine Fokkens in de LC. Eerder kantten de noordelijke provincies zich al tegen de ‘wilde treinen’ van Arriva. Kortgeleden schreef Fryslân samen met Groningen en Drenthe daarover ook al een brief richting ministerie.

Arriva heeft eerder een ‘open-accessmelding’ gedaan om per 2025 toegang te krijgen tot het spoortraject Leeuwarden-Zwolle en Groningen-Zwolle. Komt er mede door Europese regelgeving toestemming van het ministerie, dan mag de vervoerder (stop)treinen laten rijden op het traject waar de NS nu het alleenrecht heeft. Dat laatste blijft zo, wat Fokkens betreft.

Vermoedelijk wordt vrijdag een besluit genomen over het opnemen van de huidige stoptreindiensten in de hoofdrailnetconcessie. Onder concessie moet een vervoerder aan eisen voldoen, in een open access-dienst is dat niet zo. Denk aan het aantal keren dat een trein rijdt, de stations waar de trein stopt en aansluiting op andere treinen.

Krijgt Arriva toegang, dan “lopen we een groot risico op verschraling van de dienstregeling”, staat in de brief. “Deze verbinding is ongeschikt voor zo’n experiment.” Op het traject Leeuwarden-Zwolle rijden nu per uur twee sneltreinen en twee stoptreinen. Er is zeer waarschijnlijk geen ruimte voor nog meer treinen. Dat heeft onder meer te maken met de vijf storingsgevoelige beweegbare bruggen op het traject. Die staan vaak open voor de scheepvaart.

• Provincie Fryslân roept in brandbrief minister nogmaals op geen marktpartijen toe te laten op spoor Leeuwarden-Zwolle. Redactiefoto.