Europese Taxibeurs ‘light’? Buitenlandse exposanten zorgen voor Europees accent, niet de bezoekers
Wat maakt de Europäische Taxi Messe, die op 4 en 5 november in na afwezigheid van vier jaar weer werd gehouden – ditmaal in Essen – tot een internationaal evenement? En is het dat echt? Zijn het de buitenlandse bezoekers (van wie er veel minder waren dan in vorige edities). Of de buitenlandse exposanten die daarvoor zorgen? Dat er minder buitenlandse bezoekers waren op een totaal van 11.000 bezoekers volgens de organisatoren (de laatste editie in Keulen telde 14.000), zorgde volgens schattingen van verschillende exposanten tot 350 à 400 buitenlandse gasten. Dat lage aantal komt mede doordat er geen conferenties met internationale thema’s, zoals die van de IRU Taxi Group in Keulen, waren georganiseerd. In Keulen bleven deze buitenlandse bezoekers dan een of twee dagen op de beurs hangen.
Een ander vreemd aspect van dit evenement – afgezien van de echt positieve sfeer (ondernemers en standhouders waren blij om elkaar weer ‘live’ te zien) en de kleinere omvang (een grote hal van de Messe Essen plus een klein stukje van een aanpalende hal) was dat er geen seminars waren die ook voor buitenlandse bezoekers interessant waren. Hoewel de inhoud van de eentalig Duitse seminars interessant was voor Duitse bezoekers (de uitwerking van de nieuwe Duitse regelgeving en duurzaamheidsinitiatieven voor de taxisector), was er niet aan anderstalige buitenlandse bezoekers gedacht. De oorspronkelijke vier talen in het Keulse programmaboekje (Duits, Engels, Nederlands en Frans) waren teruggebracht tot twee – Duits en Engels. Kortom een ’Europese’ Taxi Beurs-light. Naast de vele Scandinaviërs, vooral Noren en Finnen, waren er een handvol Britten, Denen, Oostenrijkers, enkele Nederlanders, Zwitsers en Spanjaarden en een hele reeks Oost-Europeanen op de beurs te vinden.
Opvallend was de afwezigheid van de naaste buren – Nederlanders en Belgen. We telden minstens één Luxemburger, Olivier Gallé van Taxis Colux, die ook de enige internationale vertegenwoordiger was die op het seminar van vrijdag werd voorgesteld.
Opmerkelijk: de echt grote groepen buitenlanders kwamen dit keer uit Noorwegen en Finland. CenCom, een Noors IT-bedrijf dat nauw verbonden is met Oslo Taxi, de grootste taxicentrale in de Noorse hoofdstad, kwam zelfs naar Essen om zijn klanten uit het noorden te ontmoeten. “Je bedoelt je Noorse klanten?” vroegen we. “Ja, die komen graag naar Duitsland en zaterdagavond na de beurs organiseerden we een diner voor alle 70 of 80.” Het is onduidelijk of de klanten van het eveneens Noorse Transport Data Systems (TDS), ook onder de genodigden waren. Maar het moet een Scandi-ding zijn, de European Taxi Fair te bezoeken. De Zweden, vaak in grote groepen en altijd in feeststemming, deden het vroeger ook in Keulen, maar waren nu afwezig. Waarschijnlijk omdat het Zweedse vervoers- en IT-bedrijf Cabonline niet meedeed aan de vakbeurs. Het Deense automatiseringsbedrijf Frogne was wel vertegenwoordigd, samen met Structab taximeters uit Halmstad, Zweden, maar beide ook met een sterke focus op de Scandinavische markt.
- Europese Taxibeurs ‘light’? Buitenlandse exposanten, zoals het Noorse CenCom, zorgen voor een Europees accent, niet de bezoekers. Redactiefoto.