De Gentse mobiliteitsschepen Filip Watteeuw van Groen wijst er op dat bij het faillissement van V-tax de verplichte elektrificatie niet het essentiële probleem is. Hij verwijst naar het Vlaamse Taxidecreet uit 2019, waardoor gemeenten niet langer de macht over de lokale taxisector in handen hadden. Voor 2019 kon Gent zelf het aantal taxi’s begrenzen, maar dat is niet langer mogelijk. Daarbij kwam er een opdeling tussen de klassieke taxi’s, de standplaatstaxi’s, en de straattaxi’s, die bedoeld zijn voor de apps, zoals Uber en Bolt en heen toegang hebben tot de standplaatsen. Gent mag alleen het aantal vergunningen voor standplaatstaxi’s nog aanvullen. Dat zijn er maximaal 220. Maar daarbij gelden wel een aantal strikte eisen.  

Bij de ondergang van V-tax verwijzen de vakbonden naar de verplichte elektrificering van de taxivoertuigen. In 2025 moeten de standplaatstaxi’s elektrisch rijden. Watteeuw is er niet van overtuigd dat dit de belangrijkste reden is voor de problemen bij V-tax en wijst op de jaarverslagen waaruit blijkt dat de financiële problemen van V-tax al aanslepen sinds 2019 – lang voor de verplichting tot elektrisering. Watteeuw gelooft dat de concurrentie van bedrijven als Uber het echte probleem is: “Wij wilden die als Stad Gent niet toelaten, maar Vlaanderen heeft ons daartoe verplicht.” 

De schepen hoopt wel op een doorstart van V-tax: “Het bedrijf speelt een belangrijke rol in de sector,” stel Watteeuw in de PZC. “Taxi’s bieden een belangrijke aanvulling op het openbaar vervoer. Als we als Stad Gent een rol kunnen spelen om een ondernemer te vinden, willen we daar graag bij helpen.” De schepen toont zich vooral begaan met het lot van de werknemers van V-tax.  

• Gents mobiliteitssschepen Filip Watteeuw: “Verplicht elektrificeren is niet het probleem in de taxisector.” Redactiefoto.