De Tweede Kamer wil niet dat het openbaar vervoer volgend jaar duurder wordt. Vrijwel alle partijen roepen het demissionaire kabinet op de verwachte prijsstijgingen in het regionale openbaar vervoer en bij de NS te voorkomen. 

Half augustus werd duidelijk dat het kabinet de NS toestemming gaf om de prijzen in 2024 met 3,5 procent te verhogen, maar daarbij komt nog de gebruikelijke inflatiecorrectie. Een treinreis van 20 euro zou dan 21,32 gaan kosten.  

Eerder in september werd bekend dat de tarieven voor de metro, tram en bus ook flink worden verhoogd. Dat komt doordat openbaar vervoerbedrijven te maken hebben met soms fors stijgende kosten waar het gaat om energie  en personeel. De Tweede Kamer wil dat nu voorkomen. Een motie van GroenLinks-PvdA en de ChristenUnie wordt Kamerbreed gesteund. De partijen willen dat mensen in heel Nederland kunnen rekenen op betaalbaar en goed openbaar vervoer. 

Met het tegenhouden van die prijsstijgingen is naar schatting 420 miljoen euro gemoeid. Wat de Kamer betreft moet een groot deel daarvan worden betaald uit een pot met geld voor maatregelen die nog niet zijn uitgewerkt, bijvoorbeeld nog niet uitgevoerde afspraken uit het coalitieakkoord. 

De Kamer debatteert donderdag over de Prinsjesdagplannen van het demissionaire kabinet. Woensdag werd al meteen duidelijk dat er ook veel partijen zijn die de geplande belastingverhoging op benzine en diesel willen schrappen. Het is nog niet duidelijk of daar een meerderheid voor is. Reizigersorganisatie Rover heeft onlangs opnieuw gewaarschuwd voor fors stijgende prijzen in 2024 in alle vormen van het ov en maatregelen van de demissionaire regering gevraagd.   

• Kamer wil duurdere kaartjes voor trein, bus en tram tegenhouden. Redactiefoto.