Na de schoonmaakoperatie op Brussel-Zuid een pleidooi voor een duurzame oplossing: ‘Maak van Zuidstation poort naar de stad en organiseer opvang in centrum’
Groot was de verbazing van de treinreizigers op Brussel-Zuid toen er afgelopen weekend een omvangrijke politie- en schoonmaakactie plaatsvond in en rond het Brusselse Zuidstation. Het station puilde bijna uit van politiemensen en schoonmakers, die ook buiten het gebouw waren te vinden. Maar een structurele duurzame oplossing – die trouwens ook de situatie in en om het Brusselse Noordstation verdient – is het niet, zegt stadsgeograaf en professor aan de VUB Eric Corijn in stadsmagazine Bruzz. Wel moet er een ruimtelijke en sociale planning komen. “Het station moet de poort naar de stad zijn.”
De problemen aan het Zuidstation zijn niet nieuw, al is de situatie de laatste jaren penibeler geworden. Meer daklozen, meer druggebruikers en meer criminaliteit. Vrijdag kondigden premier Alexander De Croo (Open Vld) en minister Verlinden aan dat ze stappen zullen zetten om de veiligheid in en rond het station te verhogen. Dit weekend vond daarom eufemistisch genaamde ‘netheidsactie’ plaats, waarbij ook een zestigtal mensen werd opgepakt.
“Ik ben voor een proper en veilig station. En de kritiek over het gebrek aan onderhoud was terecht”, zegt Eric Corijn. “Maar dergelijke opruimacties dienen niet om de echte problemen op te lossen, maar om ze daar niet meer zichtbaar te laten.” Volgens Corijn vloeit het probleem voor een groot stuk voort uit een slechte stationsomgeving. “Het is de internationale aankomstplaats in de hoofdstad van Europa, maar dat is niet duidelijk. Het Zuidstation moet de toegangspoort vormen naar de stad, met woningen en voorzieningen.”
Dat zegt ook de Brusselse bouwmeester Kristiaan Borret. Volgens hem bestaat het recept voor een goede stadsomgeving al lang: meer gemengde buurten, meer levende plinten, meer woningen. “Nu is er heel veel leegstand. Dat is dodelijk voor een buurt. De lege ruimtes moeten ingevuld worden. Een supermarkt en een fietsenstalling zijn goede invullingen, maar ook een nachtclub zoals de Fuse.”
Het idee om iets te veranderen aan de verloederde stationsbuurt bestaat al langer, maar de uitvoering liet steeds op zich wachten. “Al toen ik als bouwmeester begon waren de plannen er al. Er zijn al veel studies gedaan, sommigen lopen nog steeds, maar het duurt in Brussel echt veel te lang voor het effectief wordt uitgevoerd.”
Misschien komt daar nu verandering in. In april stelde Brussels minister-president Rudi Vervoort (PS) de plannen voor de Zuidwijk voor. De eerste uitvoeringsfase van het project is begin april van start gegaan en zal duren tot het voorjaar van 2028. Tijdens die periode zal het Brussels Gewest overgaan tot de nodige aankopen om de projecten te kunnen ontwikkelen, de overheidsopdrachten uitvoeren en technische studies te verrichten. Daarna volgen de eigenlijke werkzaamheden, die in 2030 klaar moeten zijn.
Borret benadrukt in Bruzz dat er dan wel een stedenbouwkundig recept kan zijn dat de stationsomgeving verbetert, maar dat het niet dé oplossing is. “Er is vooral een probleem van armoede, drugsverslaafden en daklozen. Dus er is in de eerste plaats een sociaal beleid nodig om daarmee om te gaan. Als je gewoon de stationsbuurt aanpakt, ga je het probleem verdrijven. De daklozen zijn er nog steeds, maar kunnen gewoon niet meer makkelijk rond het Zuidstation verblijven.”
Hij is daarom voorstander van opvangcentra in de stad. “Dat is beter omdat die mensen sowieso naar centrale plekken zoals stations komen en we moeten het probleem oplossen waar het zich voordoet.” Ook Corijn is voorstander van opvangcentra in de stad, ook in de buurt van het station. “Er is voldoende leegstand waar je mensen zou kunnen opvangen. Je zou aan de achterkant van het station alle diensten en voorzieningen voor nieuwkomers kunnen concentreren, zoals de inschrijving voor asielzoekers, maar ook taallessen. Kortom, een gastvrije onthaalpoort naar de multiculturele stad.”
Maar op korte termijn kunnen eveneens al maatregelen getroffen worden, zegt Corijn. “Een station is niet alleen een plek waar treinen aankomen, zeker niet als men er ook een winkelcentrum van wil maken. Het is een publieke ruimte. En daarvoor zijn er te weinig voorzieningen. Zorg bijvoorbeeld voor voldoende sanitaire voorzieningen. Met de netheidsactie konden meteen ook containers met toiletten en douches voorzien worden. Dat is niet gebeurd. Dat is waarschijnlijk ook niet de bedoeling.”
- Stadsgeograaf Eric Corijn: “Een station is niet alleen een plek waar treinen aankomen, zeker niet als men er ook een winkelcentrum van wil maken. Het is een publieke ruimte. En daarvoor zijn er te weinig voorzieningen.” Foto NMBS.