Toch een fiets- en voetgangersbrug over het IJ dankzij financiering van de Vervoerregio Amsterdam
Het dagelijks bestuur van de Vervoerregio Amsterdam, een samenwerkingsverband van veertien gemeenten op het gebied van verkeer en openbaar vervoer, trekt 50 miljoen euro extra uit voor de fiets- en voetgangersbrug die het Azartplein gaat verbinden met de Johan van Hasseltweg. De kosten van de bouw van de brug werden in 2023 op 300 miljoen euro geraamd en dat bedrag is met deze toezegging gewaarborgd. Eerder wilde de regionale opdrachtgever van het openbaar vervoer 100 miljoen euro bijdragen. Dat is nu bijgesteld naar 150 miljoen euro.
De Vervoerregio Amsterdam en de gemeente Amsterdam betalen nu beide de helft van de brug. De brug zal de komende jaren nog wel duurder worden door indexatie, hogere materiaalkosten en duurder personeel. De schatting is nu dat de brug 310 miljoen euro gaat kosten. Een woordvoerder van wethouder Melanie van der Horst (Verkeer) – die de brug hoog op haar agenda had staan – vertelde Het Parool dat zowel de gemeente als de Vervoerregio de oplopende kosten zullen betalen.
De brug moet in 2034 in gebruik genomen kunnen worden. Voor het eerst sinds 1839 heeft het Amsterdamse stadsbestuur de daad bij het woord gevoegd: niet alleen praten ze over een brug over het IJ, maar nu is het geld er ook echt. De komende jaren zijn nodig om vergunningen te regelen, te bepalen hoe de brug eruit moet gaan zien. Daarbij is ook al rekening gehouden met vertragingen als gevolg van rechtszaken van Amsterdammers die geen brug in hun achtertuin willen.
De verwachting is dat tussen de 20.000 en 25.000 mensen de brug dagelijks zullen gebruiken. Lang is ook gesproken over de mogelijkheid het ov van de Oostbrug gebruik te laten maken. Gezien de groei van de stad geen gekke gedachte, maar de bestuurders hebben er uiteindelijk niet voor gekozen. De kosten zouden hierdoor hoger worden en het zou voor verdere vertraging van de bouw zorgen.
Dat de Vervoerregio Amsterdam nu extra geld wil inleggen heeft ook te maken met de groei van de gemeenten ten noorden van Amsterdam. Steeds meer mensen fietsen elektrisch en een Oostbrug zal ervoor zorgen dat mensen vanuit Waterland, Purmerend, Landsmeer, Oostzaan en Zaanstad zo’n tien tot twaalf minuten sneller aan de oostkant van Amsterdam kunnen zijn.
Marja Ruigrok, lid van het dagelijks bestuur van de Vervoerregio, zegt dan ook dat deze beslissing met het oog op de toekomst wordt genomen. Ruigrok hoopt dat mensen vanwege de brug eerder geneigd zullen zijn de fiets te pakken naar bijvoorbeeld Amstelveen of Haarlemmermeer. “De Oostbrug is een onmisbare schakel in het netwerk,” zegt ze.
Vervoer van en naar Amsterdam-Noord is al jaren een probleem: als er ook maar iets tegenzit, loopt het systeem vast. Afgelopen jaar zwol de roep om een brug verder aan toen op één dag zowel de Noord/Zuidlijn niet kon rijden én verschillende ponten uitvielen: veel forenzen moesten toen lang wachten voordat zij naar de andere kant van het IJ konden.
Naast de Oostbrug zijn er plannen om een Westbrug over het IJ te bouwen. Die moet in 2040 de NDSM-werf in Noord met de Danzigerkade in West verbinden, maar voor dit project is nog geen geld gereserveerd of toegezegd.
- Toch een fiets- en voetgangersbrug over het IJ dankzij financiering van de Vervoerregio Amsterdam. Illustratie Gemeente Amsterdam.