Vlaanderen moet Nederland een schadevergoeding betalen voor het mislukken van het sneltramproject tussen Hasselt en Maastricht. Dat besliste de rechtbank in Maastricht. Hoeveel die schadevergoeding zal bedragen, is nog niet bepaald. 

“De rechtbank oordeelt dat het Vlaams Gewest toerekenbaar is tekortgeschoten in de nakoming van de overeenkomst en aansprakelijk is voor de schade die de provincie (Nederlands-)Limburg en de gemeente Maastricht geleden hebben”, zo wordt het vonnis, aldus de krant Het Belang van Limburg, samengevat op de website van Rechtbank Limburg. De Lijn, die mee werd gedaagd, wordt door de rechtbank niet aansprakelijk gehouden. 

Het proces heeft alles te maken met de sneltram tussen Hasselt en Maastricht, die ooit in het Spartacusplan van wijlen Steve Stevaert (sp.a) werd beloofd. Of vooral: het gebrek aan die sneltram. De Nederlanders zijn van mening dat Vlaanderen op twee punten contractbreuk heeft gepleegd.  

• Er is de tracéwijziging van 2019, toen duidelijk werd dat het station van Hasselt niet langer de eindhalte zou zijn.  

• Op 10 juni 2022 werd definitief afgestapt van een sneltram ten voordele van een trambus.  

Die eenzijdige beslissingen van Vlaanderen zetten kwaad bloed in Nederland. Maastricht en Nederlands-Limburg hadden immers al flink geïnvesteerd in het tramproject. 

De Nederlanders vroegen 22,6 miljoen euro voor de al gemaakte kosten. Een bedrag dat Vlaanderen sterk overdreven vond. De Vlaamse regering maakte in juli 2023 wel al 3 miljoen euro over aan de gemeente Maastricht en de provincie Nederlands-Limburg, maar dat ging eigenlijk om een terugbetaling. Vlaanderen had die 3 miljoen in 2016 namelijk zelf van de Nederlanders gekregen als compensatie voor het inkorten van de tramlijn.  

Omdat de Wilhelminabrug over de Maas het gewicht van de tram niet zou kunnen dragen, zou de tram niet tot aan het station in Maastricht kunnen rijden. Dus werd de eindhalte verplaatst naar Mosae Forum. Nederland moest Vlaanderen voor die tracéwijziging 6 miljoen euro betalen, waarvan de helft ook meteen werd betaald. De andere helft zou pas bij de aanbesteding van de werken betaald worden. Maar zover kwam het dus nooit. 

Dus blijft over: 19,6 miljoen euro. Ondanks verschillende pogingen, konden Vlaanderen en Nederland daarover geen onderlinge oplossing vinden. En dus trokken Maastricht en Nederlands-Limburg in november 2023 naar de rechtbank. De zaak kwam op 21 mei van dit jaar voor.  

Vlaanderen pleitte dat er van een tekortkoming geen sprake was, omdat de overeenkomst er al rekening mee hield dat de tramverbinding om wat voor reden dan ook niet zou doorgaan. Daarnaast beriep Vlaanderen zich op overmacht, omdat de tracéwijziging een beslissing van Hasselt was. Bovendien wees Vlaanderen erop dat Nederland 35 miljoen bespaart nu de tramlijn niet wordt aangelegd. De Maastrichtse rechtbank verwierp al die argumenten en oordeelde dat Vlaanderen wel degelijk verantwoordelijk is voor de geleden schade. 

Vlaanderen kan nog tegen het vonnis in beroep gaan bij het hof in Den Bosch. Pas na een eventuele beroepsprocedure zal de rechtbank oordelen over de vraag of het volledige bedrag van 19,6 miljoen euro betaald moet worden. Door de krant gevraagd naar een reactie, laat het kabinet van minister van Mobiliteit Annick De Ridder (N-VA) weten dat ze het vonnis eerst grondig zullen bestuderen. 

• Vlaanderen moet schadevergoeding aan Nederland betalen voor mislukken sneltramproject. Foto Rover.