Gedeelde mobiliteit – ride-hailing, autodelen en deelfietsen en e-scooters – kan het stedelijk openbaar vervoer de komende jaren verstoren, zegt Kersten Heineke, van het McKinsey Center for Future Mobility,

In een enquête in december onder meer dan 30.000 mobiliteitsgebruikers in 15 landen, ontdekte het adviesbureau dat meer dan 25% van de respondenten die in stedelijke gebieden wonen, zeiden dat ze overwogen hun privéauto’s weg te doen ten gunste van andere vervoersopties. “In een ideale wereld heeft iedereen die in een grotere stad of in een stedelijke omgeving woont op een bepaald moment de kans om meerdere mobiliteitsopties binnen handbereik te hebben”, zei Heineke in een interview met Dan Zukowski in Smart Cities Dive.

In minder dan 15 jaar is gedeelde mobiliteit uitgegroeid van een nieuwigheid tot een routinematige vorm van vervoer voor inwoners van steden over de hele wereld. Platforms als Uber en Lyft zijn uitgegroeid van kleine startups tot vervoerders van tientallen miljoenen passagiers per jaar. In 2021 maakten gebruikers van gedeelde micromobiliteit 121 miljoen ritten op fietsen en scooters in de VS, volgens gegevens van de National Association of City Transportation Officials.

In de McKinsey-enquête zei tussen de 27% en 30% van de respondenten dat ze ride-hailing, micromobiliteit en autodelen in de toekomst meer zouden gebruiken, terwijl slechts 7% tot 14% zei dat ze deze vervoerswijzen minder zouden gebruiken. Deze verschuiving van privévoertuigen naar gedeelde mobiliteit zal steden uitdagen om zich aan te passen, aldus Heineke.

“Als we nadenken over omvangrijke wagenparken van gedeelde voertuigen in steden, zullen we parkeergarages een nieuwe bestemming moeten geven of nieuwe plekken moeten creëren, nieuwe ruimtes waar deze voertuigen kunnen worden schoongemaakt, onderhouden en geparkeerd wanneer ze niet in gebruik zijn”, zei hij. Steden zullen “virtuele haltes” moeten creëren voor gedeelde voertuigen om passagiers te laden of te lossen, net zoals een bushalte, voegde hij eraan toe.

Steden zullen ook toezicht moeten houden op de particuliere partijen die deze diensten op de markt brengen en moeten samenwerken met ov-autoriteiten om de komende veranderingen in het stedelijke vervoerslandschap goed te beheren, zei Heineke. Zo zei 27% van de respondenten dat ze bereid waren om gedeelde autonome shuttles te gebruiken in plaats van openbaar vervoer. Deze omvatten voertuigen zoals die van Zoox, eigendom van Amazon, dat dit jaar begon met het testen van zijn AV-shuttles in de San Francisco Bay Area in Californië en deze ook op de openbare weg in Las Vegas laat rijden.

Heineke zei dat autonome voertuigen zullen worden gebruikt in gedeelde, on-demand service, maar “het systeem zou zo moeten worden ontworpen dat het een aanvulling vormt op het openbaar vervoer en dat het particuliere voertuigen vervangt.” De overgang van autobezit naar gedeelde mobiliteit zal ook de auto-industrie op de proef stellen, zei Heineke, “want uiteindelijk, als je voertuigen deelt, is het aantal voertuigen dat je nodig hebt lager.”

Sommige autofabrikanten hebben de markt getest op voertuigabonnementen, waarbij consumenten een maandelijks bedrag betalen, vergelijkbaar met een leasecontract, maar dat ook verzekering en onderhoud omvat en over het algemeen van kortere duur is, passend tussen verhuur en langetermijn-leasecontracten.

Volgens McKinsey stimuleren consumenten de verschuiving naar meer opties voor gedeelde mobiliteit. Kosten zijn één factor: de gemiddelde prijs van een nieuwe auto in de VS was vorige maand meer dan $ 48.000, volgens Kelley Blue Book. Daarbij, zei Heineke, is de afkeer van mensen van woon-werkverkeer of vast komen te zitten in het verkeer. “We zien ook dat veel consumenten meer rekening houden met het milieu en de uitstoot van hun respectieve reis bij het kiezen van een vervoermiddel”, voegde hij eraan toe.

• Toenemend gebruik van gedeelde mobiliteit zal het stedelijk openbaar vervoer en het bezit van privéauto’s waarschijnlijk verstoren. Redactiefoto.