Aanbesteding vervoergebied Achterhoek – Rivierenland gaat van start; Er komen eindelijk toiletten in de trein
De aanbesteding voor het openbaar vervoer in het vervoersgebied Achterhoek-Rivierenland start met de publicatie van de aanbestedingsstukken op het Europese aanbestedingsplatform. De komende 3 maanden kunnen vervoerbedrijven hiervoor inschrijven. Naar verwachting kan de concessie in september 2024 worden gegund. De nieuwe concessie loopt van december 2025 – december 2035, met een optie tot verlenging tot 2042. De nieuwe vervoerder start in december 2025.
“Ik reken op een goede aanbieding waarbij het belang van de reizigers voorop staat,” zegt Klaas Ruitenberg, gedeputeerde verkeer en openbaar vervoer van de Provincie Gelderland. “We hebben een goede uitvraag neergelegd met veel uitdagingen zoals de RegioExpres, verduurzamen én inbouwen van toiletten. Vervoerders kunnen echt het verschil maken. Tegelijkertijd is de uitvraag ook realistisch in relatie tot het beschikbare budget.”
In het Programma van Eisen is vastgelegd dat in de concessieperiode toiletten in de trein worden ingebouwd en dat extra er aandacht moet zijn voor de bereikbaarheid van het platteland. Dit zijn afspraken uit het coalitieakkoord. Er is ook een nieuw instrument toegevoegd: de Kaderbrief. Hiermee kan de provincie iedere vier jaar, het ritme volgend van de provinciale verkiezingen, nieuwe ambities inbrengen. Daarmee wordt het mogelijk om meer flexibel te reageren op politieke ambities én ontwikkelingen in de omgeving.
In het Programma van Eisen stelt de provincie minimum eisen aan de busdienstregeling waaraan de vervoerder moet voldoen. De eisen hiervoor zijn gekoppeld aan de indeling van het type buslijn. Door een minimumeis worden inschrijvers uitgedaagd om meer aan te bieden en de concurrentie aan te gaan. Voor de trein is de huidige dienstregeling uitgevraagd. Inschrijvers krijgen een zo groot mogelijke flexibiliteit om te ontwikkelen en te innoveren, ook een uitgangspunt op basis van het coalitieakkoord. Bus en trein moeten goed op elkaar aansluiten: het zogenaamde visgraatmodel. Aangevuld met flexibel vervoer en vraagafhankelijk vervoerer op plekken waar lijndiensten niet haalbaar of betaalbaar zijn.
Belanghebbenden zoals regio’s, gemeenten en de reizigersorganisatie ROCOV hebben hun reactie kunnen geven op het concept-Programma van Eisen voor het vervoerscontract. Hun inbreng leidde tot aanpassingen en verduidelijkingen van het eisenpakket.
De vervoerder krijgt het alleenrecht voor het vervoer met de bus, buurtbus en de trein. In de huidige concessie zijn er meerdere treindiensten: Arnhem-Winterswijk; Arnhem-Tiel; Winterswijk- Zutphen, Zutphen-Apeldoorn. Er komt een treindienst bij: Arnhem-Doetinchem. Deze wordt nu gereden door Breng.
Tijdens de concessieperiode wordt ook de RegioExpres toegevoegd. Dit is een extra sneltrein tussen Arnhem en Doetinchem als aanvulling op de huidige stoptrein die vier keer per uur rijdt De RegioExpres vergroot de bereikbaarheid voor reizigers van de Achterhoek en de Liemers door een kortere reistijd en betere aansluiting op de intercity’s richting de Randstad en Nijmegen.
In het hele vervoersgebied gaan buurtbus, bus en trein rijden onder het merk RRReis. Het gezamenlijke vervoersmerk van de provincies Gelderland, Overijssel en Flevoland.
In het gunningsmodel ligt de nadruk op kwaliteit. Er zijn 100 punten te verdelen waarvan 55 voor kwalitatieve criteria en 45 voor kwantitatieve criteria. De verdeling is zodanig vormgegeven dat inschrijvers ruime mogelijkheden hebben zich op kwalitatieve onderdelen te onderscheiden. Dit zijn onderdelen zoals service, veiligheid, innovatie, inbouwplan toiletten en transitieplan voor verduurzamen. Kwantitatief criterium is het aantal dienstregelingsuren.
Provinciale Staten bepaalt de hoogte van het bedrag voor mobiliteit op de begroting. De wettelijke taak om regionaal openbaar vervoer te regelen is onderdeel van dit deel van begroting. Voor deze concessie is de provinciale bijdrage maximaal 42 miljoen euro voor de exploitatie. De overige kosten voor het openbaar vervoer moet de vervoerder uit de reizigersinkomsten genereren. Hiervoor is de vervoerder zelf verantwoordelijk. De tarieven zijn op basis van het Tarievenhuis Oost.
- “Ik reken op een goede aanbieding waarbij het belang van de reizigers voorop staat,” zegt Klaas Ruitenberg, gedeputeerde verkeer en openbaar vervoer van de Provincie Gelderland. Foto Provincie Gelderland.