FMN en Allrail verliezen kort geding tegen kabinetsbesluit onderhandse gunning Hoofdrailnet-concessie aan NS
De ov-bedrijven verenigd in de Federatie van Mobiliteitsbedrijven Nederland (FMN) en de pressiegroep van buitenlandse railbedrijven Allrail hebben het kort geding tegen de staat over de onderhandse toekenning van de Hoofdrailnet-concessie voor tien jaar (begin 2025 tot eind 2033) aan NS verloren. De voorzieningenrechter in Den Haag wees vandaag alle vijf vorderingen in deze zaak af, maar merkte wel op dat de eisers in een bestuursrechtelijke procedure op basis van Europese regels meer kans maken. Daarnaast hebben de ov-bedrijven hun hoop op de EU gevestigd, die de Nederlandse staat in deze onderhandse concessieverlening mogelijk terug zou kunnen fluiten. Dit jaar begonnen de (buitenlandse) private ov-bedrijven in ieder geval een bodemprocedure tegen het omstreden kabinetsbesluit. De eerste zitting daarvoor is in maart 2023.
De vele problemen die de NS de afgelopen maanden ondervindt en de ondermaatse dienstverlening aan de reizigers – deels door fouten van het NS-management – hebben de zaak van de NS in deze concessieverlening bepaald niet sterker gemaakt. Met name Arriva wijst op de dienstverlening van NS die te wensen over zou laten, al geldt hetzelfde voor delen van het Arriva-net.
Het was de bedoeling van de FMN-bedrijven (waaronder buitenlandse ov-bedrijven als Arriva, Transdev en Keolis) via het kort geding de onderhandse concessieverlening op het Hoofdrailnet (HRN) te stoppen. De bedrijven verenigd in FMN en AllRail eisten dat het kabinet deze voorgenomen HRN-aanbesteding stopt en vervolgens een marktverkenning organiseert. Ook willen zij dat het kabinet wacht op goedkeuring van de Europese Commissie omdat volgens hen de concessieverlening in strijd is met de EU-regels betreffende de liberalisering van het spoornet. De Commissie wil dat het Ministerie van IenW voordat de concessie wordt verleend, een marktanalyse uitvoert omdat er te snel en te gemakkelijk besloten is tot een onderhandse aanbesteding. Die analyse zou moeten aantonen welke delen van de Nederlandse spoormarkt zouden kunnen worden geliberaliseerd.
De groep vervoerders liet vandaag in een reactie weten dat ze teleurgesteld zijn over de uitspraak, al begroeten ze de opmerking van de rechter dat de staat mogelijk in strijd handelt met het recht van de Europese Unie. De voorzieningenrechter constateerde in dit kort geding dat dit niet het geval is. De vervoerders vinden in ieder geval dat de rechter tevens aantoont dat er interesse bestaat van derden voor het rijden op een deel van het Nederlandse spoor. Omdat er onvoldoende jurisprudentie is over de liberalisering van het spoor in Europa, biedt het Hof van Justitie van de Europese Unie mogelijk een definitief antwoord.
- FMN en Allrail verliezen kort geding tegen kabinetsbesluit onderhandse gunning Hoofdrailnet-concessie aan NS. Foto Rover.