Met PvdA-plannen komt nu ook in Nederland ‘basisbereikbaarheid’, een bij uitstek Vlaams begrip
PvdA-kamerlid Haptamu de Hoop uit het Friese Wommels wil in de Tweede Kamer de ‘uitholling’ van het openbaar vervoer keren en pleit voor landelijke ‘basisbereikbaarheid’, een term die al enkele jaren gangbaar is in het Vlaamse ov en van start gaat in 2023.
“De stêd komt op in ôfstân te lizzen,” waarschuwt de Friestalige De Hoop. “De stad komt op een afstand te liggen.” Met de landelijke basisbereikbaarheid wil hij het ziekenhuis en de school bereikbaar houden voor ov-reizigers op het platteland.
Vandaag presenteerde De Hoop zijn actieplan om niet te bezuinigen op het ov in Nederland, maar juist méér te investeren in goede verbindingen. Het stoort hem vooral dat Rijk en provincies druk doende zijn met het snijden in buslijnen, met name in dunner bevolkte gebieden. De Hoop: “Voor mensen zonder rijbewijs, mensen met een beperking, met een kleine beurs of voor de jongeren, raakt het ziekenhuis of de school zo uit uit het zicht. De stad komt op een afstand te liggen. Dat raakt de leefbaarheid,” stelt hij in de Leeuwarder Courant. Om tijdig voorbereid te zijn voor de nieuwe dienstregeling van 2023 zijn verschillende provincies – die na het eind van dit jaar geen verdere beschikbaarheidsondersteuning van het Rijk ontvangen – al bezig met fors te snijden in de bus- en treinverbindingen.
Maar volgens De Hoop zijn er meerdere oorzaken. De uitkering van het Rijk aan de provincies om het ov te verzorgen, ziet hij al jaren achteruit gaan, en dat tij moet worden gekeerd. Het Rijk moet zorgen voor meer buslijnen en een betere ontsluiting van dorpen en steden, maar ook voor betere betaalbaarheid van het ov. Volgens De Hoop wordt “voor veel mensen” het ov langzamerhand onbetaalbaar. “Vaak is dat ook al de groep die zelf geen auto heeft.”
De Hoop schetst een negatieve spiraal. Een achteruitgaande leefbaarheid leidt tot een krimpende bevolking en dus minder voorzieningen, waardoor het voor vervoerders minder aantrekkelijk wordt om ov aan te bieden. “Deze vorm van uitholling moeten we doorbreken.”
Wat zijn De Hoop’s plannen? In het actieplan schetst de PvdA’er vijf oplossingen, waarmee hij het kabinet op pad wil sturen. Veruit de belangrijkste is het wettelijk vastleggen van een minimale basisbereikbaarheid. “Er is nog geen minimaal acceptabel niveau van bereikbaarheid vastgesteld. Een basis waarbij iedereen met het ov binnen een half uur in het ziekenhuis of op een treinstation kan zijn.” Daarvoor moet het kabinet meer investeren in het regionale ov. “Het uitgangspunt moet een minimaal niveau van bereikbaarheid zijn en niet puur kille koude cijfers. Het gaat hier om mensen. In zijn actieplan vraag hij nadrukkelijk om slimmere ov-oplossingen voor dunbevolkte regio’s. “Natuurlijk kan niet overal een grote bus rijden,” zegt De Hoop. “Maar er moet ruimte zijn om te experimenteren met andere vormen van vervoer.”
Zo reed bij wijze van experiment in de jaren ’80 in ‘zijn’ gebied tussen Leeuwarden, Bolsward en Sneek, de Bustaxi – een volledig oproepgestuurd systeem. Door IT-problemen en de soms te dikke spitsen in dit gebied, kwam een roemloos einde aan het probeersel dat op twee plaatsen in Duitsland wél goed werkte.
De Hoop hoopt dat het kabinet z’n actieplan wil overnemen en wil werken aan een betere regionale bereikbaarheid. Moet die steun van ver komen, dan wil De Hoop zijn actieplan via eigen voorstellen in stemming laten brengen.
- Met PvdA-plannen van Haptamu de Hoop komt nu ook in Nederland ‘basisbereikbaarheid’, een bij uitstek Vlaams begrip.