NS of Arriva? Kritiek op NS neemt hand over hand toe
Naast de monopoliekritiek neemt ook de kritiek op de NS steeds verder toe. (De plotselinge afschaffing van de jongerenkaart per 1 juli leidde recent nog tot een storm van kritiek-red.) Reizigers klagen al een behoorlijke tijd over het steeds duurder wordende treinkaartje, maar volgens Hettinga is ‘duur’ relatief. “Uiteindelijk moet je, als je het vergelijkt met de auto, wel alle kostencomponenten meenemen. Dan denk ik dat de trein uiteindelijk veel goedkoper is.”
Een treinrit met Arriva is volgens hem wel goedkoper. Het spoorbedrijf zou het “aantoonbaar” beter doen dan de NS, zegt hij vol vertrouwen. “We hebben de lijnen waar we nu rijden ooit overgenomen van de NS. De punctualiteit en betrouwbaarheid is aantoonbaar veel hoger dan voor we het overnamen.”
Hettinga heeft de ambitie om in fases spoorlijnen waar de NS momenteel opereert over te nemen. “Uiteindelijk denk ik dat we, door het over te nemen, het beter gaan doen voor de reiziger. Daarom willen we het overnemen, niet als doel an sich. Je wilt het uiteindelijk wel beter en goedkoper doen.”
Waarom dat bij de NS niet lukt, weet hij niet. “Ik kan niet bij ze in de keuken kijken, maar ik zie wel dat we in staat zijn om het beter en goedkoper te doen.” Koolmees reageert geïrriteerd. “Als NS rijden we in het hart van Nederland, heel veel treinen per uur. In een heel fijnmazig verweven systeem, terwijl onze concurrenten alleen heen en weer rijden tussen bepaalde steden.”
Volgens Koolmees rijdt 97 procent van de NS-treinen op tijd. Met 99,5 procent wint Arriva wel van de NS. De marges lijken klein, “maar 2,5 procent is best veel”, aldus Hettinga. Maar de NS kreeg een klantoordeel van 7,7 in 2024, noemt Koolmees een ander argument. “Het bewijs dat het zomaar beter kan, dat geloof ik niet helemaal.”
Hoe denken de reizigers over de NS-monopolie? Uit een rondgang van Stand van Nederland blijkt dat zestig procent het liefst één vaste vervoerder op het Nederlandse spoorwegennet ziet. Twintig procent wil juist meer concurrentie, de overige twintig procent heeft geen voorkeur.
Directeur van Reizigersvereniging Rover Freek Bos vindt regionale sturing belangrijk. “De NS kan niet weten wat in Appelscha nodig is. Regionale bedrijven helpt de reiziger echt.” Ook Hettinga zou ondanks zijn ambities geen alleenrecht op het spoor willen. “Je moet altijd concurrentie houden. Dat houdt elkaar scherp. Een giant valt in slaap.”
- Freek Bos (Rover): “Regionale sturing belangrijk” Foto Rover.