Vlaams Mobiliteitsminister Peeters wil dat De Lijn minder strenge selectiecriteria toepast voor aanschaf elektrische bussenweergave
Vlaams Mobiliteitsminister Lydia Peeters wil dat De Lijn zijn strenge selectiecriteria voor de bestelling van honderden elektrische bussen opnieuw bekijkt, omdat ze Belgische busbouwers, in casu Van Hool, uitsluiten. Dat meldt De Tijd. “We zullen het bekijken,” zegt De Lijn.
“Ik snap niet waarom De Lijn zijn selectiecriteria in een jaar tijd zodanig heeft verstrengd dat Belgische busbouwers uit de boot dreigen te vallen”, zegt Peeters. “Zeker omdat de nieuwe aanbesteding in een eerste fase slechts slaat op 200 e-bussen en niet langer op 970 zoals eerst gepland.”
Peeters wil dat De Lijn de aanbesteding opnieuw bekijkt, zodat iedere busbouwer kan inschrijven. “Ik wil ook een juridische motivering waarom De Lijn met een selectieleidraad werkt. Volgens mij kan de order via een gewoon bestek in de markt worden gezet.” Tegelijkertijd dringt de minister er bij het OV-bedrijf op aan om de realisering van de ‘groene ambities’ te versnellen. “Anders halen we tegen 2025 nooit de doelstellingen.”
Het ‘vergroeningsparcours’ van De Lijn is de afgelopen jaren niet alleen traag, maar ook bijzonder merkwaardig.
Eind 2019 keurde de vervoerder een aanbesteding goed voor de aankoop van 970 elektrische bussen, inclusief laadinfrastructuur. Een investering van ruim 1 miljard euro. Maar in juli sloeg De Lijn een andere weg in. Er kwam een internationale marktoriëntatie bij e-busleveranciers, fabrikanten van laadpalen en andere vervoersmaatschappijen. Op basis daarvan stelde De Lijn afgelopen december een nieuwe ‘selectieleidraad’ op met strengere criteria. Producenten moeten bijvoorbeeld aantonen dat ze de afgelopen drie jaar 150 e-bussen hebben geleverd. Ook werd het contract opgesplitst. Niet langer was sprake van een aanbesteding van 970 bussen. Er bleven slechts 200 bussen over. Na een test met twee keer 30 bussen zouden twee busbouwers worden gekozen. In 2023 zouden er nog eens 200 worden besteld.
Opmerkelijk was dat via een interpellatie in het parlement bekend werd dat De Lijn Van Hool (België’s grootste busbouwer) niet had geconsulteerd. Van Hool legde zich de jongste jaren vooral toe op waterstof- en hybride bussen en sprong laat op de trein van de batterij-elektrische bussen.
Van Hool is kandidaat voor de aanbesteding en diende een selectiedossier in. “We produceerden reeds meer dan 1.000 ‘elektrisch aangedreven’ bussen: hybride, waterstof- en trolleybussen,” zegt woordvoerder Dirk Snauwaert (Van Hool). “Die zijn allen uitgerust met batterijen. We leverden recent de eerste van tien volledig elektrische touringcars voor de VS en haalden net een Scandinavisch order binnen voor meer dan 20 elektrische trambussen. We hebben de expertise in huis.”
Ook VDL uit Roeselare (ex-Jonckheere) zal volgend De Tijd zeker meedingen. Jaarlijks lopen in Roeselare meer dan 400 bussen van de band, alleen vol-elektrische en hybride. “Wij hebben referenties te over,” zegt topman Peter Wouters, “en we voldoen aan de strengste criteria.”
- Vlaams Mobiliteitsminister Peeters wil dat De Lijn minder strenge selectiecriteria toepast voor de aanschaf van elektrische bussen. Redactiefoto.