Brusselaars nemen even vaak het openbaar vervoer als de auto; ‘Investeringen Brussels Gewest werpen hun vruchten af’
Het gezamenlijke marktaandeel van metro, tram, bus en trein is even groot als dat van de auto. Dat blijkt uit recent onderzoek naar de verplaatsingen in Brussel in opdracht van Brussel Mobiliteit, waarvan de resultaten werden meegedeeld door de MIVB. De meeste verplaatsingen in Brussel gebeuren echter te voet.
Het openbaar vervoer zit flink in de lift in Brussel. Het marktaandeel van de MIVB voor de mobiliteit in Brussel steeg van 22 procent in 2022 naar 27 procent in 2024. Met de 2 procent van de trein erbij, is het aandeel van het openbaar vervoer ongeveer even groot als dat van de auto, zo meldde de vervoersmaatschappij MIVB maandag.
Na een terugval tijdens de coronapandemie, winnen metro, tram en bus opnieuw aan populariteit in Brussel. Dat bleek al in absolute cijfers uit de flinke groei van het aantal reizigers. Maar ook in verhouding tot het totaal aantal verplaatsingen wint het openbaar vervoer aan belang in de hoofdstad, zo blijkt uit de recente studie naar het verplaatsingsgedrag.
In 2024 liet Brussel Mobiliteit opnieuw een grondige studie uitvoeren naar de mobiliteitsgewoonten van de inwoners van het Brussels Gewest. Daarin onderzoeken ze onder meer de zogenoemde ‘modal split’: het aandeel van de verschillende vervoerswijzen in het totaal aantal verplaatsingen. Daaruit blijkt dat 31 procent van de verplaatsingen te voet gebeurt, ruim 8 procent met de fiets en 29 procent met de auto. Metro, tram en bus zijn goed voor 27 procent van alle verplaatsingen in Brussel. Wandelen, met de auto rijden of het openbaar vervoer nemen, zijn in Brussel elk goed voor ongeveer 3 op 10 verplaatsingen.
Voor het openbaar vervoer gaat het om een opmerkelijke stijging tegenover de vorige studie: in 2022 bedroeg het aandeel van metro, tram en bus 22 procent. Als we verder teruggaan in de tijd zien we nog een lager marktaandeel voor het openbaar vervoer. Al geeft de MIVB toe dat de gebruikte methodologie toen anders was, waardoor de cijfers niet zomaar met elkaar vergeleken kunnen worden. Toch is de tendens duidelijk, zo laat de MIVB weten: de auto, rond de eeuwwisseling nog goed voor meer dan de helft van alle verplaatsingen, verliest aan belang ten voordele van de andere vervoersmodi (openbaar vervoer, wandelen, fietsen en deelmobiliteit).
Kristof De Mesmaeker, directeur van de dienst Planning van Brussel Mobiliteit vertelde Bruzz: “Het gebruik van de auto is de voorbije 25 jaar sterk gedaald. Wandelen en fietsen is samen goed voor zo’n 40 procent van de verplaatsingen. Het openbaar vervoer wint opnieuw aan belang, na een terugval tijdens covid. Gedeelde mobiliteit heeft een hoge vlucht genomen. Dat zijn de belangrijkste bevindingen van de enquête over het verplaatsingsgedrag in het Brussels Gewest, die we tussen november 2023 en november 2024 hebben uitgevoerd bij bijna 6.000 respondenten.”
Voor tieners en twintigers is het openbaar vervoer nog belangrijker om zich te verplaatsen. In de leeftijdsgroep 12-17 gebeurt 49 procent van de verplaatsingen met metro, tram of bus. In de categorie 18-24 jaar is dat 46 procent. Het aandeel van het openbaar vervoer is het laagst in de leeftijdsgroepen 45-54 (21 procent) en 55-64 (22 procent).
Nog een vaststelling: 54 procent van de Brusselaars werkt minstens 1 dag per week van thuis uit. Dat zorgt voor een daling van de woon-werkverplaatsingen. Die worden echter grotendeels gecompenseerd door bijkomende verplaatsingen in de vrije tijd (winkelen, hobby’s e.d.). Zo gebeurt 20 procent van de verplaatsingen met metro, tram of bus voor het werk, en zo’n 19 procent om te gaan winkelen.
“We zien dat de belangrijke investeringen van het Brussels Gewest in het openbaar vervoer hun vruchten afwerpen”, zegt CEO van de MIVB Brieuc de Meeûs. “De reizigers vergissen zich niet. Als je de kwaliteit van het aanbod verbetert, zijn ze op de afspraak. Het aandeel van het openbaar vervoer is vandaag hoger dan voor covid. Als we dit willen aanhouden, moeten we blijven investeren in metro, tram en bus in Brussel. Dat is belangrijk voor de mobiliteit, voor het milieu, voor de economie en voor het welzijn van de bewoners.”
- Brusselaars nemen even vaak het openbaar vervoer als de auto; ‘Investeringen Brussels Gewest werpen hun vruchten af’. Redactiefoto.