Actueel

IVECO BUS en VIA ondertekenen Memorandum of Understanding om toekomstige samenwerking te onderzoeken

IVECO BUS en VIA hebben eergisteren aangekondigd dat ze een Memorandum of Understanding (MoU) hebben ondertekend om mogelijke toekomstige samenwerkingsprojecten te onderzoeken bij de ontwikkeling van op maat gemaakte on-demand oplossingen voor openbaar vervoer en bijbehorende digitale diensten voor bussen.

De twee bedrijven zijn het erover eens dat het mobiliteits-ecosysteem evolueert naar een sterk gedigitaliseerd en geïntegreerd multimodaal systeem, en dat on-demand transport efficiënt is gebleken in het leveren van resultaten. Het MoU is een eerste stap om de mogelijkheid te bespreken om toekomstige mobiliteitsoplossingen te ontwikkelen, van vraagafhankelijk vervoer aangedreven door alternatieve energiebronnen tot autonoom openbaar vervoer.

Beide partners zullen oplossingen bekijken om vraagafhankelijk vervoer gemakkelijker toegankelijk te maken voor ov-autoriteiten en ov-exploitanten door middel van eenvoudig te implementeren complete pakketten die naadloos integreren in het reeds bestaande stedelijke of landelijke vervoerssysteem. IVECO BUS en VIA zullen ook de mogelijkheden onderzoeken voor autonome shuttles op aanvraag. Deze overeenkomst is een belangrijke stap in de richting van de visie van IVECO BUS en VIA op de toekomst van het mobiliteits-ecosysteem, en de gedeelde ambitie om oplossingen te ontwikkelen die waarde toevoegen voor operators en eindgebruikers.

In Vlaanderen won VIA in de openbare aanbesteding het contract om de mobiliteitscentrale, die de basisbereikbaarheid moet organiseren, te gaan runnen.

IVECO BUS en VIA ondertekenen Memorandum of Understanding om toekomstige samenwerking te onderzoeken. Foto IVECO.

Keolis moet boete betalen van bijna 6 ton voor elektrische ‘probleembussen’ die nog steeds gebreken vertonen; toch weinig rituitval

Busvervoerder Keolis krijgt van de provincies Overijssel, Gelderland en Flevoland een boete van 595.000 euro omdat de elektrische BYD-bussen nog steeds gebreken vertonen, meldt De Stentor. Eerder dit jaar kondigden de samenwerkende provincies de boete aan als Keolis de aanhoudende problemen met de bussen niet voor 31 maart zou verhelpen. Het ov-bedrijf schafte 259 elektrische bussen aan bij de Chinese busconstructeur BYD, maar sinds de introductie ervan, anderhalf jaar geleden in de regio IJssel-Vecht, kampt de vloot met pech en gebreken. Dat duurde zo lang dat de provincies als opdrachtgever ingrepen en met een boete dreigden.

De provincies lieten door keuringsinstituut TÜV de bussen na 31 maart doorlichten. Controleurs constateerden dat de cabine-ergonomie en klimaatbeheersing ‘nog niet helemaal op orde’ zijn bij in totaal 119 bussen. Op elke bus waar niet alle belangrijke gebreken zouden zijn verholpen, stond een boete van 5000 euro. Dat komt op samen 595.000 euro. Die boete willen de provincies nu innen. Vorig jaar gingen de hele vloot al eens door een ‘verbeterstraat’, onder andere omdat bussen soms plotseling stilvielen. Die problemen zijn verholpen door BYD en Keolis. Maar daarvoor in de plaats kwamen al snel andere gebreken.

Keolis kondigde eerder aan dat BYD de rekening moet betalen als het tot een boete zou komen. Maar wil dat nu nog niet hardop herhalen. Woordvoerder Lotte Hendriksen: “We hebben het keuringsrapport nog maar net ontvangen. Dat moeten we eerst bespreken en bestuderen.” Tot die tijd wil Keolis niet zeggen of het bedrijf de boete gaat aanvechten en of BYD de hele of een deel van de rekening moet betalen.

De concessie voor het ov-busvervoer in IJssel-Vecht (grote delen van Gelderland, Overijssel en volgend jaar ook Flevoland) gaat eind dit jaar over van Keolis naar EBS. De elektrische vloot verhuist mee. Afspraak is dat de bussen dan helemaal in orde zijn. Zo niet, dan zal dat “effect hebben op de overnameprijs”, die EBS moet betalen aan Keolis, zo stelde EBS-directeur Wilko Mol eerder in een interview met de Stentor.

De provincies houden groot vertrouwen in “een goede overdracht” van de bussen die in de nieuwe concessie nog dertien jaar mee moeten. “Wij verwachten dat de bussen probleemloos tot en met 2035 kunnen worden ingezet”, stelt het College Gedeputeerde Staten van Overijssel eerder deze week in een brief aan Provinciale Staten. “Wij beseffen dat de opgelegde boete en de nog openstaande gebreken zouden kunnen leiden tot minder vertrouwen in de kwaliteit van de bussen”, schrijft het college. Maar dat is niet nodig, vinden Gedeputeerde Staten. “De openstaande issues worden allemaal opgelost en hebben geen negatieve invloed op de levensduur van de bussen.” Het college put dat optimisme uit “het getoonde commitment van Keolis en BYD en gesprekken met experts van TÜV”.

Vooral chauffeurs lijden onder de gebreken, terwijl reizigers de bussen hoge rapportcijfers geven. Die vinden de bussen stil en comfortabel. Bovendien mag door alle berichten over gebreken aan de bussen misschien de indruk bestaan dat die vaak stilstonden en uitvielen. In de praktijk blijkt dat heel erg mee te vallen, zo stelt het college. Keolis bleef in 2021 onder de norm van 0,5 procent rituitval per kwartaal.

Keolis moet boete betalen van bijna 6 ton voor elektrische ‘probleembussen’ die nog steeds gebreken vertonen; toch weinig rituitval. Foto Keolis.

Onderzoek Regiobank: “Leefbaarheid dorpen onder druk door verdwijnen essentiële voorzieningen als openbaar vervoer”

In veel Nederlandse dorpen staat de leefbaarheid onder druk doordat essentiële voorzieningen als openbaar vervoer, onderwijs en zorg verdwijnen. Dit blijkt uit onderzoek van Atlas Research in opdracht van de Regiobank naar de leefbaarheid in kleinere kernen. “Het is belangrijk dit in beeld te hebben, dan weten we waar actie ondernomen kan worden,” zegt Regiobank-directeur Rein Wispelweij.

Volgens hem zijn de uitkomsten van het onderzoek niet verrassend, maar ze zijn wel zorgelijk. Het feit dat er minder mensen wonen, maakt niet dat deze kernen minder belangrijk zijn. “Kijk naar het midden- en kleinbedrijf, dat zit voor een groot deel in de regio. En als je bijvoorbeeld kijkt naar het aantal patentaanvragen worden de meeste aangevraagd in Eindhoven, maar op nummer twee staat de Achterhoek.”

Uit het onderzoek van Atlas Research kwam ook naar voren dat de leefbaarheid in veel kleine woonplaatsen ’goed’ genoemd wordt, maar minder goed is dan in stedelijke gebieden. Dit hangt ook samen met de beschikbaarheid van voorzieningen. Van de kleine plaatsen voert Oosterbeek de lijst aan wat betreft hoogst gewaardeerde leefbaarheid. Met name de woningvoorraad, geringe overlast en hoge veiligheid dragen bij aan de hoge score voor leefbaarheid in Oosterbeek. Op nummer twee, drie en vier staan plaatsen in Noord-Holland: Laren, Bergen en Santpoort-Noord. En Bunnik completeert de top vijf. Daar tegenover staat de top vijf van plaatsen die het slechtst scoren qua leefbaarheid: Vaals, Delfzijl, Rozenburg, Wormerveer en Hoensbroek.

Regiobank wil in kleine kernen een verbindende rol vervullen en bijdragen aan oplossingen. “Wij investeren in initiatieven die buurten samenbrengen. Zo hebben we in Ter Heijde waar de lokale buslijn opgeheven was, een speciaal busje gefinancierd dat bewoners in staat stelt weer naar de supermarkt en de bibliotheek te gaan”, vertelt Wispelweij. Eerder al pleitte de bankdirecteur voor een minister van Regiozaken en organiseerde de bank een dorpentop. “Onze adviseurs en kantoren zitten in de regio. Wij horen en zien waar behoefte aan is.” Over die specifieke behoeften in de regio wordt vaak overheen gekeken, stelt Wispelweij.

Onderzoek Regiobank: “Leefbaarheid dorpen onder druk door verdwijnen essentiële voorzieningen als openbaar vervoer.” Foto Regiobank.

Jaarverslag Sociaal Fonds Mobiliteit over ‘turbulent jaar’ 2021 verschenen

Deze week verscheen het jaarverslag van het Sociaal Fonds Mobiliteit (SFM) over 2021: “Een turbulent jaar vanwege de coronacrisis met verstrekkende consequenties voor het zorgvervoer.”

In de inleiding memoreert het jaarverslag dat de vraaguitval vanaf de start van corona in maart 2020 substantieel was. “Het zakelijk vervoer kwam stil te liggen evenals het schoolvervoer in die perioden dat de scholen gesloten waren. Het sociaal recreatief vervoer (WMO/regiotaxi) werd gedecimeerd, het vervoer naar dagbestedingslocaties liep sterk terug en alleen het ziekenvervoer bleef enigszins in stand. In 2021 trad er weliswaar enige verbetering op maar afhankelijk van de mate van de coronabesmettingen nam de vraag naar vervoer toe of af.” Het verslag noteert ook dat de gevolgen in termen van faillissementen beperkt bleven vanwege de overheids-steunmaatregelen en bijdragen vanuit de opdrachtgevers.

Wel leidde de afnemende loonsom bij bedrijven tot lagere inkomsten voor SFM. Ook waren de looncontroles die SFM in opdracht van het Pensioenfonds Vervoer uitvoerde in 2020 gestopt. “Dit leidde tot een negatieve exploitatie. Daarnaast werden al veel projecten, waaronder het Aanbestedingsinstituut Mobiliteit gefinancierd vanuit de reserves. Om de begroting de komende jaren sluitend te krijgen en tegelijkertijd de ambities van sociale partners waar te kunnen maken is een premieverhoging doorgevoerd per 1 januari 2022 van 0,35 zodat uitgaven en inkomsten in evenwicht zijn.”

Ondanks dat er geen directe noodzaak meer was voor een reorganisatie, heeft de SFM-directie toch besloten een externe analyse van de organisatie in 2022 uit te laten voeren. “Op basis daarvan kan besloten worden of, en zo ja, welke maatregelen nodig zijn om de organisatie niet alleen financieel, maar ook organisatorisch toekomstbestendig te maken.”

De cao-controles zijn door de coronacrisis in 2021, afhankelijk van de aangekondigde overheidsmaatregelen, afwisselend digitaal en fysiek uitgevoerd. “Ook de overige dienstverlening van Sociaal Fonds Mobiliteit werd in 2021 voornamelijk online uitgevoerd. De werknemers van Sociaal Fonds Mobiliteit hebben ondanks de soms lastige omstandigheden vanuit thuis de werkzaamheden goed kunnen voortzetten.”

In de loop van 2021 werd duidelijk dat de sector te maken kreeg met een fors personeelstekort dat een ongekende omvang zou aannemen. Daarvoor ontwikkelde en lanceerde SFM een nationale vacaturewebsite. Hieraan wordt dit jaar een extra impuls gegeven door een online wervingscampagne.

Het project ‘Sterk aan het stuur’ dat zich richt op het bevorderen van de duurzame inzetbaarheid van mensen door het aanbieden van diverse producten en diensten voor werkgevers en werknemers, heeft zich in 2021 sterk ontwikkeld. “Veel bedrijven en werknemers hebben gebruik gemaakt van het aanbod op het gebied van verbetering van de vitaliteit, budgetcoaching, stoppen met roken, omgaan met stress, goed werkgeverschap en dergelijke. Het succes van dit project dat eindigde in december 2021 heeft het bestuur doen besluiten om het project in 2022 voort te zetten met gebruikmaking van een andere nationale subsidieregeling zodat alle activiteiten nog steeds kosteloos kunnen worden aangeboden.”

Het jaarverslag van het Sociaal Fonds Mobiliteit over 2021 is hier te vinden: https://www.sociaalfondsmobiliteit.nl/application/files/2216/5719/2611/Jaarverslag_Sociaal_Fonds_Mobiliteitr_2021.pdf

• Jaarverslag Sociaal Fonds Mobiliteit over ‘turbulent jaar’ 2021 verschenen. Illustratie SFM.

Ebusco breidt uit in Denemarken: 19 Ebusco 3.0 bussen voor Nobina

Busconstructeur Ebusco heeft een contract getekend met Nobina, de grootste ov-maatschappij in Scandinavië, voor 19 Ebusco 3.0 12-meter bussen. De levering van deze bussen staat gepland voor medio 2023. Met dit contract versterkt Ebusco zijn positie in Denemarken.

Met 13.000 werknemers in vier landen bedient Nobina één miljoen mensen per dag. Deze vervolgorder van Nobina brengt het totaal aantal Ebusco bussen binnen de Nobina-vloot op 100. Door de toevoeging van deze 19 bussen zal 20 procent van Nobina’s busvloot zero-emissie zijn. Op deze manier neemt Nobina een voortrekkersrol op zich om bij te dragen tot meer fossielvrij reizen. De 19 Ebusco 3.0 bussen zullen worden ingezet voor Midtrafik in Denemarken en gaan rijden in en rond Horsens.

Roman Westberg, strategisch inkoper van Nobina: “Nobina kijkt uit naar de levering van de eerste partij Ebusco 3.0 bussen die in Deurne, Nederland, worden geproduceerd en een aanvulling vormen op de groeiende vloot van Ebusco-bussen van Nobina.”

Peter Bijvelds, CEO van Ebusco licht toe: “Scandinavische landen hebben vanaf de start van Ebusco interesse getoond in onze elektrische bussen. We kijken ernaar uit om onze samenwerking met onze terugkerende klant Nobina in Denemarken en de rest van Scandinavië te intensiveren.”

Ebuscobreidt uit in Denemarken: 19 Ebusco3.0 bussen voor Nobina. Foto Ebusco.

Staatssecretaris Financiën wil verder onderzoek naar rol Belastingdienst in Uber-schandaal

De Belastingdienst heeft de procedures gevolgd bij de behandeling van het Amerikaanse platformbedrijf Uber. Dat heeft de dienst aan staatssecretaris Marnix van Rij (Financiën) verteld na onthullingen van onderzoeksjournalisten over nauwe banden met Uber. “Ik ga dit verder onderzoeken. Ik zal dat rapporteren aan ons parlement”, vertelde Van Rij dagblad Trouw op een bijeenkomst gisteren in Brussel over Europees belastingbeleid.

Volgens de onderzoeksjournalisten heeft de Belastingdienst vertrouwelijke informatie gedeeld met Uber. Ook zou de dienst Uber hebben gewaarschuwd over informatieverzoeken vanuit het buitenland en zou het bedrijf ruim de tijd hebben gekregen om zijn zaakjes op orde te krijgen voordat aan informatieverzoeken werd voldaan.

“Ik neem dit soort publicaties altijd heel serieus. En ik ga ook niet direct in de verdediging”, aldus Van Rij. Hij erkende dat Nederland “een bepaalde reputatie” had in het verleden als het om belastingontwijking ging. Maar hij hield zijn toehoorders voor dat er onder het tweede kabinet-Rutte een “omslag” is geweest in het Nederlandse belastingbeleid en dat er maatregelen zijn en worden getroffen tegen belastingontwijking.

Staatssecretaris Van Rij (Financiën) wil verder onderzoek naar rol Belastingdienst in Uber-schandaal. Foto Rijksoverheid.

Honderden miljoenen voor de fiets bij bouw van nieuwe woningen

Er komen honderden miljoenen euro’s van het Rijk beschikbaar voor fietsvoorzieningen bij nieuwe woningbouwlocaties. Het gaat om tunnels, bruggen, fietsroutes en fietsenstallingen. Grote bedragen gaan bijvoorbeeld naar Utrecht, Zwolle, Groningen, Dordrecht, Eindhoven en Delft. De Fietsersbond is blij met de inzet van deze rijksgelden.

Met deze inzet van het Rijk gaat een lang gekoesterde wens van de Fietsersbond in vervulling en komt de uitvoering van het Nationaal Toekomstbeeld Fiets een grote stap dichterbij. “We konden het eerst bijna niet geloven en zijn er nog een beetje stil van, zei directeur Esther van Garderen van de Fietsersbond. “Tot onze grote blijdschap gaat een flink deel naar de fiets. En er worden straten afgewaardeerd of parkeren van het maaiveld gehaald. We zijn nog aan het rekenen, maar voor wat we nu weten staat de teller in ieder geval op tussen de 340 en 500 miljoen voor de fiets.”

In de afgelopen tijd overlegde het Rijk met gemeenten en provincies over de ontsluiting van locaties waarvoor woningbouwplannen klaarliggen. In totaal waren er 70 voorstellen ingediend, waar in totaal 1,5 miljard euro beschikbaar voor is. 32 van deze voorstellen zijn nu gehonoreerd. Voor de andere moet vóór 1 oktober cofinanciering door provincies en/of gemeenten geregeld zijn, dan kunnen ze in het najaar hopelijk ook groen licht krijgen.

De afdelingen van de Fietsersbond zullen contact opnemen met de betrokken gemeenten over de precieze invulling en planning van deze plannen en zullen waar nodig aandringen op het zo spoedig mogelijk regelen van de co-financiering. De Fietsersbond dringt daarnaast aan op een bijdrage van het Rijk aan de fietsplannen in de gebieden waar geen nieuwe grote woningbouwlocaties komen.

• Honderden miljoenen voor de fiets bij bouw van nieuwe woningen. Foto Provincie Utrecht.

Complimentje van Dutch PM Mark Rutte

Minister-president Mark Rutte was blijkbaar goed te spreken over de service aan boord van de trein(en) van Ukrzaliznytsia, het Oekraiense spoorbedrijf, tijdens zijn recente bezoek aan Oekraïne gisteren en eergisteren. Hoe hij precies reisde, en of het om een enkeltje of een retourtje ging, bleef een goed-bewaard geheim. En, zoals de CEO van de Oekraïense spoorwegen, Alexander Kamyshin, ons in een tweet onderstreepte, “wij maken niet bekend wie onze speciale reizigers zijn, voordat ze het zelf doen.” Inmiddels heeft het bedrijf een flinke hoeveelheid regeringsleiders – veelal vanuit Polen naar Lviv of Kiyv en terug – vervoerd. Rutte gaf Kamyshin in ieder geval op een briefje “I’m very impressed.”

• ‘I’m very impressed’ – Complimentje van Mark Rutte voor CEO Alexander Kamyshin en zijn Oekraiense spoorwegen. Foto Ukrzaliznytsia.

Nieuw beurssegment Mobility+ tijdens InnoTrans: platform voor connected mobility

Het nieuwe tijdperk van mobiliteit is flexibel, connected en intermodaal. Met het nieuwe segment Mobility+ creëert InnoTrans een platform voor aanbieders van aanvullende mobiliteitsdiensten. Bezoekers van de beurs kunnen enkele van de oplossingen uitproberen op weg naar het beursterrein of in het stadscentrum van Berlijn.

Wie in de stad op zoek is naar een alternatief voor de auto, wil tegenwoordig misschien meer dan één vervoermiddel gebruiken. Intermodaal vervoer staat centraal – variërend van openbaar vervoer, ridesharing tot scooter- en fietsverhuur. Met haar Mobility+ segment wijdt InnoTrans een nieuw segment aan dit type reizen. “Hier kunnen bedrijven die nieuwe mobiliteitsdiensten tentoonstellen, binnenlandse en internationale transportbedrijven, transportnetwerken en -administraties ontmoeten en hun intermodale concepten en systemen aan de industrie tonen”, zegt Kerstin Schulz, de directeur van InnoTrans.

De producten en diensten van exposanten variëren van gedeelde mobiliteit, mobiliteitsapps met reisinformatie, boekings- en betalingsfuncties tot technologische oplossingen zoals on-demand vervoerssystemen en vliegende objecten zoals drones. Andere oplossingen die worden getoond zijn first/last mile-opties, zoals het delen van ritten, een service van Door2door uit Berlijn en een internationaal bedrijf genaamd Via Transportation. Exposanten en producten zijn onder meer DB Connect, ioki, CleverShuttle en de bus-optimalisatiesoftware Optibus. Met haar platform voor zelfrijdende wagenparken wil BestMile deze vorm van vervoer benutten. Het geautomatiseerde platform kan zowel vaste routes als on-demand diensten als voertuigen van verschillende merken beheren.

“Bij InnoTrans 2022 kijken we ernaar uit om inzicht te bieden in de operationele uitvoerbaarheid van on-demand oplossingen in het ov, en samen met toonaangevende spelers uit de industrie te bespreken hoe we nieuwe mobiliteitsdiensten op een verstandige manier kunnen integreren in ov-systemen, om zo mobiliteitsdiensten overal en altijd gemakkelijk beschikbaar te hebben”, zegt Bruno Ginnuth, CEO en medeoprichter van CleverShuttle.

Bij de tentoonstelling horen lezingen in de Mobility+ Corner in hal 7.1c, waar bezoekers deze evenementen live kunnen volgen tijdens InnoTrans 2022. Onder de exposanten die hun innovaties op de Mobility+ Corner tonen, zijn ChargeSim, ISTmobil, ioki, mobimeo, MOTIONTAG en Via Transportation. Lezingsthema’s zijn onder meer slimme laadinfrastructuren, digitale enquêtes over passagiersgegevens en de toekomst van het ov. Mirko Ross, cybersecurity-expert en CEO van asvin GmbH, zal een lezing houden over de beveiligingsuitdagingen van intermodale mobiliteit. Op het serviceportaal van InnoTransPlus vinden bezoekers onder ’Evenementen’ een overzicht van alle lezingen.

InnoTrans is ’s werelds toonaangevende vakbeurs voor transporttechnologie en vindt elke twee jaar plaats in Berlijn. De vijf segmenten van InnoTrans zijn Spoortechniek, Spoorinfrastructuur, Openbaar Vervoer, Interieur en Tunnelbouw. InnoTrans wordt georganiseerd door Messe Berlin. De dertiende editie van InnoTrans vindt plaats op het beursterrein van Messe Berlin van 20 tot 23 september 2022. Meer details zijn online beschikbaar op www.innotrans.com.

Nieuw beurssegment Mobility+ tijdens InnoTrans: platform voor connected mobility. Foto InnoTrans.

FNV-leden pleiten vandaag in Brussel voor juridische EU-brede bescherming voor platformwerkers; Uber en Deliveroo weigeren cao toe te passen en procederen door

Op uitnodiging van Europarlementariër Kim van Sparrentak (GroenLinks) zijn FNV-leden werkzaam bij Deliveroo en Uber vandaag, dinsdag 12 juli, bij de bijeenkomst ‘A fair future of work: the opportunity of the platform work directive’. Ze gaan er in gesprek met Europarlementariërs over de EU concept-richtlijn ter verbetering van de bescherming van platformwerkers.

FNV-riders en -chauffeurs willen de Europarlementariërs vandaag zelf vertellen hoe broodnodig het is dat hun werknemersrechten wettelijk worden beschermd. Petra Bolster, internationaal secretaris en lid DB van de FNV: “We hebben verschillende rechtszaken tegen verschillende bedrijven gevoerd. Maar ze zijn en blijven enorm hardleers. Zo hebben werknemers van Uber bijvoorbeeld, zelfs na de rechterlijke uitspraak op 13 september 2021, nog steeds niet de arbeidsrechtelijke bescherming en het cao-loon waar ze recht op hebben. Want ook al ligt er een rechterlijke uitspraak, Uber weigert domweg de cao toe te passen.”

De rechter in Nederland stelt dat riders van Deliveroo en de taxichauffeurs van Uber werknemers zijn en geen zelfstandigen. De werknemers horen daarmee onder de betreffende cao te vallen met alle arbeidsvoorwaardelijke rechten die daarbij horen. Maar Uber en Deliveroo weigeren niet alleen de cao toe te passen, ze procederen door. Bolster: “En dat betekent dat deze praktijken nog jaren kunnen doorgaan. Een zeer onwenselijke situatie. De platformbedrijven passen deze tactiek niet alleen in Nederland toe, maar in alle EU-landen.”

“Het is daarom hoog tijd voor EU-wetgeving om wettelijke kaders ter bescherming van de rechten van platformwerkers vast te leggen,” zegt Bolster. De arbeidsrelatie voor platformwerkers moet juridisch verankerd zijn en worden ingebed in het nationaal recht. Bolster: “Als je voor een platformbedrijf werkt, ben je in principe een werknemer en in loondienst, tenzij.” Dat betekent dat een werknemer niet eerst naar de rechter hoeft te gaan om aan te tonen dat er sprake is van een arbeidsrelatie. Maar dat het nationale recht ervan uitgaat dat dit zo is, volgens de criteria en vereisten van het nationale recht.

De FNV-kaderleden kunnen uit eigen ervaring goed duidelijk maken waarom het belangrijk is dat er op EU-niveau wetgeving komt die ervoor zorgt dat in de lidstaten het uitgangspunt van “werknemer, tenzij” moet gaan gelden. Bolster: “Wetgeving op dit punt is ook in de Nederlandse situatie nodig. Het zet de druk op dit kabinet om schijnzelfstandigheid concreet en ook op korte termijn aan te pakken.”

Recent heeft de minister van SZW, Karien van Gennip, in haar hoofdlijnenbrief aangegeven dat schijnzelfstandigheid moet worden aangepakt. Bolster: “Daarover zijn we het dus eens, maar er staat ten eerste geen concrete aanpak op papier en ten tweede is het op de lange baan geschoven. Platformbedrijven beroven werknemers van hun arbeidsvoorwaardenbescherming. Het reguliere arbeidsrecht is gewoon van toepassing. De FNV zal dus rechtszaken blijven aanspannen, totdat platformwerkers niet alleen als werknemers worden beschouwd, maar ook zo worden behandeld.”

FNV-leden pleiten vandaag in Brussel voor juridische EU-brede bescherming voor platformwerkers; Uber en Deliveroo weigeren cao toe te passen en procederen door. Foto FNV.

«< 134 135 136 137 138 >»