Het Californische Hof van Beroep heeft bepaald dat bedrijven in de ‘gig’-economie, waaronder Uber en Lyft, hun werkers in de staat Californië mogen blijven behandelen als ‘independent contractors’ (zzp’ers). Het California Court of Appeals oordeelde dat een arbeidsmaatregel die bekend staat als Proposition 22 grotendeels grondwettelijk was.

Vakbondsgroepen en enkele arbeiders hadden zich tegen Proposition 22 verzet en zeiden dat het hen van rechten zoals ziekteverlof en betaalde vakanties beroofde. De gig-bedrijven zeggen dat het voorstel andere voordelen zoals flexibiliteit (kunnen werken waar en wanneer je wilt) beschermt.

Deze laatste uitspraak vernietigt een beslissing uit 2021 van een lagere Californische rechtbank die vond dat Proposition 22 in strijd is met de bevoegdheden van de wetgevende macht om normen op de werkplek vast te stellen. De staat Californië en een groep die Uber, Lyft en andere bedrijven vertegenwoordigt, tekenden beroep aan tegen de beslissing.

Gisteren, maandag, oordeelde een panel van drie rechters van het Hof van Beroep dat werknemers als ‘independent contractors’ (zelfstandigen) mogen worden behandeld. Een clausule in Proposition 22 die collectieve onderhandelingen door werknemers beperkte, werd echter verwijderd.

Uber- en Lyft-aandelen sloten na de uitspraak van de rechtbank bijna 5% hoger. “De uitspraak van vandaag is een overwinning voor app-werkers en de miljoenen Californiërs die voor Prop 22 hebben gestemd”, zei Tony West, Chief Legal Officer van Uber. “We zijn blij dat de rechtbank de wil van het volk heeft gerespecteerd en dat Prop 22 van kracht blijft om de onafhankelijkheid van de chauffeur te beschermen”, voegde West eraan toe.

De Service Employees International Union, die de grondwettelijkheid van Proposition 22 betwistte, zei te overwegen in beroep te gaan tegen de beslissing van het Hof.

In november 2020 keurden de Californische kiezers Proposition 22 goed, waardoor freelancers als onafhankelijke contractanten konden worden geclassificeerd. Het was een overwinning voor Uber en Lyft, die een campagne van maar liefst $ 205 miljoen (€ 191 miljoen) voerden om de maatregel er door te krijgen. De overwinning kwam echter met enkele concessies en de gig-bedrijven moesten werknemers een aantal ‘benefits’ bieden, waaronder een ziektekosten- en ongevallenverzekering.

Sommige chauffeurs steunden Proposition 22, maar andere chauffeurs en vakbonden waren er tegen, wijzend op alle voordelen om als werknemer te worden geclassificeerd – inclusief ziektedagen, vakantie en overuren.

Tientallen miljoenen mensen werken in de wereldwijde gig-economie en leveren diensten zoals voedselbezorging en vervoer. Gig-werkers worden betaald voor individuele taken, zoals eten bezorgen of autorijden, in plaats van een regulier loon te ontvangen. Bedrijven als Uber en Lyft komen steeds meer onder de loep te liggen naarmate de sector in omvang groeit.

Bovendien werkt de Europese Commissie aan een richtlijn voor platformwerkers, die de bewijslast om als zzp’er te blijven werken, omkeert. Gig-werkers worden in principe als werknemers ingeschaald tenzij ze het tegendeel kunnen bewijzen.

• Californisch Hof van Beroep oordeelt dat Uber- en Lyft-chauffeurs zzp’ers zijn. Redactiefoto.