De kabelbaan over het IJ in Amsterdam, waarvan de initiatiefnemers hoopten dat die er al in 2030 zou kunnen zijn, verdwijnt voorlopig in de ijskast. De gemeente drukt de pauzetoets in en koppelt een besluit erover aan uitkomsten van andere, onzekere OV-projecten in Haven-Stad. 

Daarom wil mobiliteitswethouder Melanie van der Horst nu nog geen beslissing nemen over een kabelbaan over het IJ, een particulier initiatief. Die kabelbaan zou moeten gaan lopen tussen de Houthaven in West , die moet lopen tussen de Houthaven in Amsterdam-West en de Softwareweg in Amsterdam-Noord. In een brief aan de gemeenteraad schreef Van der Horst maandag dat het project alleen toegevoegde waarde heeft als het aansluit op nieuwe OV-verbindingen aan de westelijke zijde van Amsterdam. Het gaat daarbij specifiek om het doortrekken van de metroringlijn (nu met eindstation Isolatorweg) en de verlenging van tramlijn 5. Zonder die verbindingen zou de kabelbaan maar “een beperkte functie in het netwerk in dit deel van de stad” hebben, aldus de wethouder. Vooral toeristen zouden er dan nog gebruik van maken. Een besluit over de kabelbaan volgt daarom pas in 2027, als onder meer onderzoek door het Rijk naar het openbaar vervoer aan de westelijke zijde van Amsterdam is afgerond. Tot die duidelijkheid er is, staat het dossier op pauze. Tot 2027 kunnen de voorstanders van de kabelbaan de plannen verder uitbouwen, door met name de OV-functie ervan te versterken.  

De gemeente blijft vooral inzetten op haar eigen plannen: de aanleg van, uiteindelijk, twee bruggen over het IJ, van en naar Amsterdam-Noord. Hoe die bruggen er precies uit komen te zien, heeft zijn weerslag op het kabelbaanproject, benadrukt Van der Horst.  

• Het doortrekken van de metroringlijn (nu met eindstation Isolatorweg) en de verlenging van tramlijn 5 spelen een belangrijke rol in de beoordeling van de kabelbaanplannen. Redactiefoto.