Oud ILT-inspecteur Wim Beukenkamp: “De problemen op het spoor hebben vooral te maken met het management van NS” – 2
Beukenkamp pleit voor een betere controle door een soort ministerie van Toezicht waar alle inspecties samenwerken, op afstand van de departementen en organisaties die zij controleren. Maar de praktijk is vele malen weerbarstiger, met een kabinet dat niet dol is op toezicht en een politieke situatie waarin de waan van de dag heerst. Voorlopig is de realiteit dat de Nederlandse Arbeidsinspectie, voorheen Inspectie SZW, bedrijven “maar één keer in de tachtig jaar controleert”. En dat Schiphol “de gezondheid van de beladers al jaren veronachtzaamt. Ze staan midden in de uitlaatgassen van de vliegtuigen, we kennen de gezondheidsrisico’s, maar toch komt de inspectie er niet aan toe. Waarom accepteren we dat, nota bene van een semi-staatsbedrijf?”
Ook bij de ILT heeft het gebrek aan mankracht reële consequenties, waarschuwt Beukenkamp. Ook met voldoende bemande inspecties blijven er nieuwe veiligheidsrisico’s de kop opsteken, benadrukt Beukenkamp. “Nederland heeft voor een klein land veel spoor, veel wegen en dus veel spoorwegovergangen. Je weet dus dat er af en toe een botsing zal zijn met een trein. Je kunt proberen dat risico uit te sluiten, maar dat is waanzinnig duur en ingewikkeld. Het is veel verstandiger om de consequenties goed in te schatten en te beheersen, om escalatie te voorkomen.”
Om die reden stelde Nederland in het verleden zware eisen aan de botssterkte van treinen. Beukenkamp: “Dat betekende in praktijk zware botsneuzen op de treinen, met veel staal erin. Het werkte: ik heb als inspecteur allerlei incidenten onderzocht, ook hele grote zoals een frontale botsing tussen twee treinen in Amsterdam in 2012. Daarbij vielen meer dan honderd gewonden, maar de machinist bleef in leven.”
De afgelopen jaren overleden er echter twee machinisten door botsingen op overgangen, in 2016 met een hoogwerker, in 2020 met een tractor. Dat hangt samen, zegt Beukenkamp, met de Europese harmonisatie. “Onder druk van Europa zijn de veiligheidseisen verlaagd. In landen met minder gevaarlijke overgangen en met bergen zien ze liever lichtere locomotieven, dat scheelt elektriciteit. Begrijpelijk, maar ondertussen zijn er wel twee Nederlandse machinisten overleden. Het toezicht is nooit af, daar moeten we zuinig op zijn. Het gaat niet vanzelf goed, ook niet met de veiligheid.”
Reacties NS en ILT
NS: “We zijn verbaasd over de uitspraken van de oud-inspecteur. Dit komt niet overeen met het contact dat we met de inspectie hebben.” Over het ongeval in 2020 waarbij een NS-machinist het leven verloor zegt de woordvoerder: “De complexe omstandigheden bij die aanrijding zijn uitvoerig onderzocht, in het openbaar toegelicht en gepubliceerd.” Eén conclusie was dat de botsing zo onverwacht en heftig was, dat die ook bij oudere locomotieven met zware botsneus een fatale afloop had gekend.
“Een korte reactie doet geen recht aan het grote verdriet en de grote impact die bij dit ongeval komen kijken”, zegt de woordvoerder.
ILT: „Wim Beukenkamp spreekt op persoonlijke titel. De ILT kijkt niet in termen van gele of rode kaarten naar NS. Het onderzoek naar problemen met veiligheidsmeldingen liet geen acute veiligheidsrisico’s zien, wel kwetsbaarheden. De ILT volgt nauwlettend de verbetermaatregelen door middel van audits, inspecties en bestuurlijke gesprekken met de NS.”
- “Ook bij de ILT heeft het gebrek aan mankracht reële consequenties, waarschuwt Beukenkamp. Ook met voldoende bemande inspecties blijven er nieuwe veiligheidsrisico’s de kop opsteken.” De resterende onbewaakte overwegen bijvoorbeeld. Redactiefoto.