Belastingdienst gaat handhaven op wet DBA om een einde te maken aan schijnzelfstandigheid in de taxiwereld
Schijnzelfstandigheid in de Nederlandse taxisector is een toenemend probleem dat niet alleen de taxichauffeurs zelf treft, maar ook bredere gevolgen heeft voor de arbeidsmarkt en de sociale zekerheid, noteert vakblad Pitane Blue. Het gaat hierbij om chauffeurs die formeel als zelfstandige werken, maar in de praktijk afhankelijk zijn van een enkele opdrachtgever, vaak grote taxiplatforms als Uber en Bolt. Deze situatie creëert een ongelijke verhouding, waarbij de chauffeur geen controle heeft over cruciale aspecten zoals werktijden en tarieven, terwijl hij of zij toch als zelfstandige wordt behandeld. Dit fenomeen van schijnzelfstandigheid wordt versterkt door het gebruik van flexibele contracten, waarmee bedrijven hun verantwoordelijkheden kunnen ontwijken. Werkgevers profiteren van deze constructies doordat ze minder sociale premies hoeven af te dragen. De chauffeurs zelf staan echter vrijwel zonder bescherming, wat hen kwetsbaar maakt in geval van ziekte, werkloosheid of arbeidsongeschiktheid. Dit probleem beperkt zich niet tot de taxisector, maar komt ook veelvuldig voor in sectoren zoals maaltijdbezorging en de bouw.
In 2016 werd de Wet Deregulering Beoordeling Arbeidsrelaties (DBA) ingevoerd met als doel schijnzelfstandigheid aan te pakken. De handhaving van deze wet werd echter vanwege talrijke onduidelijkheden al snel opgeschort, waardoor schijnconstructies bleven voortbestaan zonder dat opdrachtgevers hiervoor gestraft werden. Dit leidde ertoe dat bedrijven jarenlang vrijwel ongehinderd konden doorgaan met het inhuren van schijnzelfstandigen.
Vanaf 1 januari 2025 staat er echter een grote verandering op stapel: de Belastingdienst zal vanaf die datum de wet DBA weer strenger handhaven. Bedrijven die schijnzelfstandigen inhuren voor werk dat feitelijk in dienstverband moet worden uitgevoerd, kunnen dan boetes en naheffingen verwachten. Voor veel taxichauffeurs en hun opdrachtgevers zal deze verandering grote gevolgen hebben. Indien er een gezagsverhouding bestaat, een belangrijk criterium voor het vaststellen van een dienstverband, kan het bedrijf verantwoordelijk worden gehouden en kunnen sancties volgen. Staatssecretaris Idsinga (Fiscaliteit en Belastingdienst) benadrukt dat zelfstandige ondernemers een belangrijke pijler blijven van de Nederlandse economie. “Zelfstandige ondernemers leveren in Nederland een belangrijke bijdrage aan onze economie. En dat blijft zo,” verklaarde Idsinga.
Idsinga maakte duidelijk dat ondernemers die daadwerkelijk zelfstandig werken, gewoon hun activiteiten kunnen voortzetten. De staatssecretaris wees echter ook op de nadelige gevolgen van schijnzelfstandigheid, die volgens hem leidt tot oneerlijke concurrentie en ongelijke arbeidsvoorwaarden. “Het kabinet wil deze balans op de arbeidsmarkt herstellen,” aldus Idsinga. Hij lichtte toe dat de opheffing van het handhavingsmoratorium een belangrijke maatregel is in deze richting. Idsinga erkende dat de veranderingen veel zullen vergen van bedrijven en zzp’ers, die zich momenteel voorbereiden op de handhaving van de wet Deregulering Beoordeling Arbeidsrelaties (DBA) vanaf 1 januari 2025. “Hoewel veel bedrijven en zzp’ers zich druk aan het voorbereiden zijn op de handhaving vanaf 1 januari 2025 ben ik mij er ook van bewust dat de aanpassingen veel van hen vragen,” gaf hij aan.
Om bedrijven tegemoet te komen, is er voor 2025 een overgangsperiode ingesteld. Bedrijven die kunnen aantonen dat zij concrete stappen zetten om schijnzelfstandigheid tegen te gaan, zullen het eerste jaar nog geen vergrijpboetes krijgen. Deze aanpak geeft bedrijven de ruimte om zich aan de nieuwe realiteit aan te passen zonder direct geconfronteerd te worden met zware sancties. Een ander belangrijk aspect van de nieuwe aanpak is de beslissing om geen modelovereenkomsten meer goed te keuren. Deze modelovereenkomsten, die door de Belastingdienst werden verstrekt om opdrachtgevers en zelfstandigen vooraf zekerheid te bieden, blijken in de praktijk vaak niet houdbaar. Of er daadwerkelijk sprake is van zelfstandigheid, hangt immers af van de feitelijke werksituatie en niet van wat er in het contract staat. Bestaande modelovereenkomsten zullen nog wel geëerbiedigd worden tot de einddatum, maar nieuwe zullen niet meer worden goedgekeurd.
De impact van deze veranderingen zal de komende maanden steeds duidelijker worden. De Belastingdienst zal in samenwerking met brancheorganisaties en andere belanghebbenden informatie blijven verstrekken aan zowel opdrachtgevers als zelfstandigen. Dit gebeurt onder meer via webinars, informatiesessies en individuele bedrijfsbezoeken, met als doel zoveel mogelijk onrust weg te nemen. Voor de taxisector blijft het echter spannend hoe de strengere handhaving in 2025 zal uitpakken. Veel chauffeurs staan al jaren onder druk door de werkomstandigheden en de beperkte rechten die zij als schijnzelfstandige hebben. Het einde van de schijnzelfstandigheid zou een belangrijke stap kunnen zijn naar eerlijkere arbeidsomstandigheden, maar het is nog afwachten hoe de sector en de betrokken platforms zullen reageren op de nieuwe realiteit.
- Belastingdienst gaat handhaven op wet DBA om een einde te maken aan schijnzelfstandigheid in de taxiwereld. Foto FNV.